Invoer en uitvoer van afvalstoffen, 1998-2007

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De uitvoer van afval is na 2004 met een kwart gedaald tot jaarlijks 3,2 miljard kg. De invoer van afval laat in 2006 en 2007 juist een sterke stijging zien. Ongeveer 90 procent van de in- en uitgevoerde afvalstoffen wordt nuttig toegepast; de rest is bestemd voor verwijdering (storten en verbranden).

Uitvoer van afval afgenomen

Nadat de uitvoer van afval tussen 1998 en 2004 ruimschoots verachtvoudigde, daalt zij daarna weer met bijna een kwart tot 3,2 miljard kg afval in 2007. De daling die in 2005 optreedt is een gevolg van het stortverbod dat in dat jaar in Duitsland van kracht wordt. Door dit stortverbod is de uitvoer van vooral restfracties uit mechanische afvalscheiding naar Duitsland sterk afgenomen: in 2004 bestond nog eenderde van de totale uitvoer uit dit afval terwijl dit in 2007 nog maar 6 procent was.
Van het afval dat in 2007 werd uitgevoerd bestond eenderde uit houtafval. Enkele andere omvangrijke stromen zijn zuiveringsslib, gevaarlijk afval, RDF (Refused Derived Fuel) en steenachtig bouw- en sloopafval.
Het grootste deel van het uitgevoerde afval (80 à 90 procent) is bestemd voor nuttige toepassing.

Invoer neemt sterk toe

De invoer van afvalstoffen is in de periode 1998-2005 redelijk stabiel met gemiddeld 470 miljoen kg per jaar. Daarna neemt de ingevoerde hoeveelheid afval sterk toe tot ruim één miljard kg in 2007. Dit komt neer op een verdubbeling ten opzichte van 2005. In 2007 is vooral meer grond, zand en stenen ingevoerd; ruim eenderde van de invoer bestaat uit deze afvalstof. Bijna al het buitenlands afval wordt in Nederland nuttig toegepast.

Beleid

De in-, door- en uitvoer van afval in Nederland wordt sinds 1994 geregeld door de Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen (EVOA) (EEG 259/93). Uitgangspunt van de EVOA is dat het afval zoveel mogelijk in het eigen land verwerkt moet worden.
Afval mag doorgaans alleen worden uitgevoerd indien het bestemd is voor nuttige toepassing of voor nascheiding waarbij minimaal 50 procent van het afval nuttig toegepast wordt.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Invoer en uitvoer van afvalstoffen
Omschrijving
Ontwikkeling van de totale hoeveelheid ingevoerd, respectievelijk uitgevoerd afval, verdeeld naar wijze van verwerking (nuttige toepassing, verwijderen). De gegevens hebben uitsluitend betrekking op afvalstoffen die met kennisgeving in het kader van de Europese Verordening Overbrenging Afvalstoffen (EVOA) (259/93/EEG) zijn in- of uitgevoerd. Afvalstoffen die op de zogenaamde groene lijst (bijlage II van de verordening) vermeld staan mogen zonder kennisgeving binnen de OESO landen in- of uitgevoerd worden en zijn daarom dus niet in de cijfers inbegrepen. Voorbeelden van afvalstoffen die op de groene lijst staan zijn papier en karton, textiel, kunststoffen en metalen.
Verantwoordelijk instituut
SenterNovem en Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Berekeningswijze
Berekening op basis van een registratie van de kennisgevingsformulieren in het kader van de EVOA door SenterNovem, Uitvoering Afvalbeheer (voor 2005 gebeurde dit door het Internationaal Meldpunt Afvalstoffen).
Basistabel
-
Geografische verdeling
Nederland.
Andere variabelen
Detailgegevens over de in- en uitvoer van circa 25 verschillende afvalstromen.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks.
Achtergrondliteratuur
Nederlands afval in cijfers, gegevens 2000-2006 (SenterNovem, 2008).
Betrouwbaarheidscodering
A (integrale registratie)

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
10
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
09
versie‎
08
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Invoer en uitvoer van afvalstoffen, 1998-2007 (indicator 0520, versie 02,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.