Energieprijzen voor enkele energiedragers, 1990-2012

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Met name door de sterk toegenomen vraag is de prijs van aardolie en een aantal andere energiedragers de laatste jaren sterk toegenomen.


De prijzen van olie, steenkool, aardgas en elektriciteit worden uitgedrukt in lopende prijzen, oftewel prijzen die op het betreffende moment voor de energiedrager moesten worden betaald.

Prijsindex energie

De consumentenprijsindex (CPI) energie geeft de prijsontwikkeling weer van het aardgas- en elektriciteitsverbruik door huishoudens. Eind 2012 is de CPI energie 2,4 maal zo hoog als 16 jaar eerder. De energierekening van huishoudens is in de afgelopen 16 jaar met gemiddeld 5,5 procent per jaar toegenomen, terwijl de inflatie op een jaargemiddelde van 2,1 procent ligt. De relatief grote toename van energieprijzen voor huishoudens komt mede door de steeds hogere brandstofprijzen op de wereldmarkt. Zowel de CPI energie als de brandstofprijzen zijn tijdens de crisis van eind 2008 flink gedaald, maar ze zijn inmiddels teruggekeerd naar het hoge prijsniveau van vlak voor de crisis.

Wereldolieprijs

Vanaf 2003 is er een forse stijging te zien in de prijs van aardolie. Medio 2008 bedraagt de prijs voor een vat ruwe olie meer dan 100 dollar (maximum is 145 dollar op 3 en 4 juli). In de tweede helft van 2008 en eerste maanden van 2009 is de olieprijs weer gedaald tot 40 à 50 dollar per vat, onder andere door de afname van de vraag als gevolg van de Kredietcrisis. In de loop van 2009 neemt de prijs weer fors toe. In maart 2012 kost een vat aardolie (North Sea Brent) gemiddeld bijna 125
dollar.
Belangrijkste oorzaken voor de hoge olieprijzen zijn een sterk stijgende vraag in opkomende economieën als China en India, gebrek aan reservecapaciteit bij de productie (raffinage), politieke onzekerheden in belangrijke producerende landen en gebrek aan mogelijkheden om op korte termijn de vraag naar olie aan te passen.

Prijzen steenkool, aardgas en elektriciteit

Steenkool blijft vooralsnog een goedkope energiebron en wordt daarmee steeds interessanter voor een betaalbare energievoorziening.
In het algemeen volgt de aardgasprijs voor een deel de prijs van "ruwe" olie (CBS, 2010). Ook belangrijke wereldgebeurtenissen hebben hun uitwerking op de aardgasprijs. De aardgasprijs is bijvoorbeeld in 2011 ook gestegen door de aardbeving in Japan.
De elektriciteitsprijs hangt onder andere af van de brandstofprijzen van olie, kolen en aardgas. Een andere belangrijke component wordt gevormd door de kosten voor de centrales en transportnetten. Dit is de reden dat de invloed van de brandstofprijzen minder doorwerkt in de prijs van elektriciteit. Eind jaren negentig zijn de aardgas- en elektriciteitsprijzen voor kleinverbruikers gestegen als gevolg van de Energiebelasting (tot 2004 Regulerende Energiebelasting, REB) en de heffing Millieukwaliteit ElektriciteitsProductie (MEP). De MEP was bedoeld ter stimulering van hernieuwbare elektriciteit. Deze heffing gold van 2001 tot 2007.

Energiedragers steeds schaarser

Goedkope, conventioneel winbare voorraden aardgas en olie op aarde worden steeds schaarser. Tegelijkertijd is de verdeling hiervan over de wereld scheef. Zo beschikken China en India wel over kolen, maar nauwelijks over conventionele voorraden olie en aardgas, en raken de Europese gasvoorraden op. Europa moet daarom een steeds groter deel van de vraag naar gas importeren. Hierdoor zal de importafhankelijkheid in de toekomst toenemen. Ook voor de levering van olie blijft Europa afhankelijk van een kleine groep landen en zal de importafhankelijkheid in de komende jaren nog stijgen.

Bronnen

Relevante informatie

  • De databank StatLine van het CBS bevat gegevens over de prijzen van een groot aantal andere energiedragers.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Energieprijzen voor enkele energiedragers
Omschrijving
Ontwikkeling van de Consumentenprijsindex (CPI) energie (2006 = 100) en enkele prijzen van energiedragers:
1. wereldolieprijs (North Sea Brent) (in dollar per vat);
2. invoerprijs van ketelkolen (steenkool dat gebruikt wordt in ketels in elektriciteitscentrales) uit niet- EU-landen (in euro / GJ);
3. eindverbruikersprijzen aardgas (huishoudens, zakelijk, grootzakelijk) (in euro / GJ, excl. BTW en belastingen);
4. eindverbruikersprijzen elektriciteit (huishoudens, zakelijk, grootzakelijk) (in euro / kWh, excl. BTW en belastingen);
Voor de wereldolieprijs en CPI Energie worden maandelijkse gegevens gepresenteerd. Voor aardgas, elektriciteit en steenkool gaat het om kwartaalgegevens. De prijzen van olie, aardgas, elektriciteit en steenkool zijn lopende prijzen, d.w.z. prijzen die op het betreffende moment betaald moesten worden.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Berekeningswijze
Zie de betreffende methodebeschrijvingen (CBS, 2008b 2012c,d,f)
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
Wereldprijzen van diverse andere energiedragers en de gemiddelde eindverbruikersprijzen van aardgas en elektriciteit voor diverse andere categorieën klein- en grootverbruik.
Verschijningsfrequentie
Dagelijks (aardolie), per maand (consumentenprijsindex energie), per kwartaal (aardgas, elektriciteit, ketelkolen).
Opmerking
In vergelijking met de vorige versie van deze indicator worden in deze versie voor aardgas en elektriciteit andere prijzen gepresenteerd. Er is voor aardgas en elektriciteit overgestapt naar het presenteren van eindverbruikersprijzen i.p.v. tarieven kleinverbruik. Ook zijn in de presentatie nu meer verbruiksklassen opgenomen. Zie voor meer informatie de notitie Toelichting StatLinetabel eindverbruikersprijzen aardgas en elektriciteit (CBS, 2012i).
Betrouwbaarheidscodering
Wereldolieprijs: A (integrale waarneming);
Eindverbruikersprijzen aardgas en elektriciteit: B (schatting gebaseerd op een groot aantal zeer accurate metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is);
Invoerprijs steenkool: B (schatting gebaseerd op een groot aantal zeer accurate metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is);
Consumentenprijsindex energie: B (schatting gebaseerd op een groot aantal zeer accurate metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is)

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Energieprijzen voor enkele energiedragers, 1990-2012 (indicator 0554, versie 05,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.