Regionale economische groei, 2014

Exclusief delfstoffenwinning groeide de Nederlandse economie in 2014 met 1,6 procent, na twee jaren van krimp. Inclusief delfstoffenwinning was de groei slechts 1,0 procent. Dit komt door de verminderde aardgaswinning in Groningen als gevolg van het productieplafond dat in 2014 is ingesteld. Door de toegenomen aandacht voor de risico's van aardbevingen is de gaswinning in Groningen van 2013 op 2014 met ruim een kwart teruggebracht tot 42,5 miljard m3.

Economische ontwikkeling

Exclusief delfstoffenwinning was er in 2014 in alle provincies sprake van economische groei. In Friesland was de groei met 0,3 procent het laagst. Flevoland daarentegen deed het opmerkelijk goed. Daar werd de krimp van 1,5 procent in 2013 omgezet in een groei van 2,2 procent ten opzichte van een jaar eerder. De oververtegenwoordiging van autoleasebedrijven in deze provincie is voor het grootste deel verantwoordelijk voor de sterke groei. In de provincie Groningen lag de groei met 1,7 procent iets hoger dan het landelijk gemiddelde. Inclusief delfstoffenwinning daalde het brp in Groningen sterk (8,8 procent). Vooral de regio Overig Groningen werd flink getroffen door de verminderde aardgaswinning. Hier daalde het met meer dan 10 procent. Om de vergelijken niet door het gaseffect te laten verstoren, worden in de regionale vergelijking de cijfers exclusief delfstoffenwinning besproken.
Van de vier grote steden was in het stadsgewest Utrecht de groei met 2,1 procent het hoogst. De andere drie grote steden (Amsterdam, Rotterdam en Den Haag) zaten vrijwel op het landelijk gemiddelde (1,6 procent). Kijken we dieper in de provincies, naar Corop (- plus -)-gebieden, dan valt op dat in Zuidwest-Friesland de economie fors groeide; met bijna 18 procent. Dit komt echter voor een groot deel door een gemeentelijke herindeling. Door deze grenswijziging zijn enkele economische activiteiten van een andere regio toegerekend aan Zuidwest-Friesland. De hoge economische groei in deze regio komt dus niet door een toename van economische activiteiten.

Bbp per hoofd van de bevolking

In 2014 bedroeg het bbp per hoofd van de bevolking in Nederland 38 duizend euro. In de provincies Noord-Holland, Utrecht, Noord-Brabant en Zuid-Holland lag het brp per hoofd boven het landelijk gemiddelde. In de noordelijke provincies Friesland en Drenthe was het brp per hoofd met ongeveer 25 duizend euro het laagst.
In de periode 2010-2014 is het bbp per hoofd in Nederland met ruim 3,7 procent gegroeid. Het brp per hoofd is in de provincie Noord-Brabant met 6,3 procent het meest gegroeid en in Flevoland het minst (1,9 procent). Opvallend is dat ondanks een sterke groei in de periode 2010-2014 (5,7 procent), was het brp per hoofd in Drenthe in 2014 nog steeds het laagst. In de welvarende provincies Utrecht en Zuid-Holland was de groei van het brp per hoofd ook onder het landelijk gemiddelde. In de provincie Groningen groeide het brp per hoofd met 3 procent. Inclusief delfstoffenwinning kromp het brp per hoofd echter met 0,6 procent in bovengenoemde periode. Zoals eerder al is uitgelegd is het aardgasverbruik van groot belang voor de economische ontwikkeling in Groningen.

Productiestructuur provincies

De dienstensector speelt een belangrijke rol in de Nederlandse economie. Alle diensten samen zorgden in 2014 voor 76 procent van de toegevoegde waarde. In de provincies Noord-Holland en Utrecht zijn de banken en financiële instellingen oververtegenwoordigd in de commerciële dienstverlening. Daarentegen zijn de industriële activiteiten in de hierboven genoemde provincies procentueel gezien relatief laag. In Groningen neemt de nijverheid meer dan 52 procent van de toegevoegde waarde voor zijn rekening. Als de delfstoffenwinning buiten beschouwing wordt gelaten dan halveert de toegevoegde waarde. Het aandeel in de commerciële dienstverlening van de provincie Groningen is maar de helft van wat in de provincie Gelderland wordt gegenereerd. De productiestructuur van de provincies kent onderlinge verschillen, maar wijzigen nauwelijks door de jaren heen.

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer gegevens over de regionale rekeningen is te vinden in de databank StatLine van het CBS.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Regionale economische groei, 2014
Omschrijving
Economische groei in dit artikel is de volumemutatie van het bruto binnenlands product (bbp) tegen marktprijzen.De Regionale economische jaarcijfers sluiten aan bij de Nationale rekeningen jaarcijfers.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Ilham Malkaoui.
Berekeningswijze
Volumegroei van het bruto binnenlands product (bbp). Het bbp is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basis-prijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). Het binnenlands product wordt gewaardeerd tegen marktprijzen.
De regionalisering van de nationale cijfers (brp; bruto regionaal product) loopt via de toegevoegde waarde per bedrijfsklasse. Om toch tot een bbp per regio te komen, wordt het verschil tussen de totale toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) en het bbp tegen marktprijzen voor geheel Nederland, overeenkomstig afspraken in Europees verband, toegedeeld op basis van de totale toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) per regio.


De onverdeelde transacties betreffen het saldo van productgebonden belastingen en subsidies en het verschil toegerekende en afgedragen btw (belasting over de toegevoegde waarde). Het bbp is ook gelijk aan de waarde van het in Nederland gevormde inkomen.
Geografische verdeling
Nederland, landsdelen, provincies, COROP-gebieden, COROP-plusgebieden.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks.
Achtergrondliteratuur
Zie voor de korte onderzoeksbeschrijving de toelichting van de regionale rekeningen op de website van het CBS.
CBS (2015). De regionale economie 2014.
Betrouwbaarheidscodering
Het CBS beschrijft de gehele economie en daarvoor worden veel verschillende bronnen gebruikt.

B/C. Schattingen gebaseerd op een groot aantal ((zeer) accurate) metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig dan wel grotendeels gewaarborgd is.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
05
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Regionale economische groei, 2014 (indicator 2065, versie 05,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.