Klanttevredenheid en sociale veiligheid openbaar vervoer, 2004-2012

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De klanttevredenheid en de sociale veiligheid in het openbaar zijn de laatste jaren zo goed als gelijk gebleven. De klanttevredenheid van de Nederlandse Spoorwegen (NS) verbeterde tot 2009, maar nam daarna enigszins af. Het stad- en streekvervoer wordt over het algemeen gewaardeerd met een 7. De tevredenheid van de reiziger bij de NS over sociale veiligheid stabiliseert. In het stad- en streekvervoer blijft de tevredenheid ook op hetzelfde peil.

Klanttevredenheid en sociale veiligheid openbaar vervoer

In de figuren wordt de landelijke ontwikkeling getoond van de algemene tevredenheid over het openbaar vervoer en de waardering van de sociale veiligheid bij de NS en in het stads- en streekvervoer. Beide laten de laatste jaren een stabiel beeld zien.

Klantwaardering tevredenheid

In het algemeen wordt het stads- en streekvervoer gewaardeerd met een rapportcijfer tussen de 7,0 en 7,4. Tussen 2004 en 2011 is de klanttevredenheid enigszins toegenomen van 7,1 in 2004 via 7,2 in 2010 naar 7,4 in 2012.. Bij de NS is meer fluctuatie in de klantwaardering waarneembaar: deze steeg tot 2009 en nam daarna af. Het aandeel klanten dat de NS een zeven of hoger geeft, steeg van 66 procent in 2004 via 75 procent in 2010 naar 74 procent in 2012.

Klantwaardering sociale veiligheid

De reizigers zijn in het algemeen goed te spreken over de sociale veiligheid in het openbaar vervoer. Bij de NS is de tevredenheid van de reizigers daarover (een 7 en hoger) tussen 2004 (68 procent) en 2012 toegenomen, maar bleef vanaf 2009 op eenzelfde niveau (78 procent). Het percentage klanten dat de NS een zeven of hoger geeft, steeg van 68 procent in 2004 naar 78 procent in 2012.
Bij het stads- en streekvervoer is een stabiel beeld te zien, variërend van een rapportcijfer 7,7 in 2004 tot een 7,9 in 2010 en 2012. Als wordt uitgesplitst naar bus, tram en metro, zijn er wel verschillen in de beleving van de sociale veiligheid. De metro wordt gemiddeld als het meest sociaal onveilig beleefd.

Beleidsdoelstellingen Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

Deze indicator verwijst naar de doelstellingen over Veiligheid, die opgenomen zijn in Bijlage 6 van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR). Deze bijlage bevat de essentiële onderdelen van de Nota Mobiliteit die (gewijzigd) van kracht blijven met de SVIR.
Het beleidsdoel is de waardering van het veiligheidsgevoel te verhogen en het aantal incidenten te verminderen.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Sociale veiligheid in het openbaar vervoer
Omschrijving
Klantwaarderingen sociale veiligheid NS en stad- en streekvervoer.
Verantwoordelijk instituut
Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM), auteur: Peter Jorritsma
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
-
Achtergrondliteratuur
Stuurgroep Nationale Mobiliteitsmonitor (2009). Nationale Mobiliteitsmonitor 2009. Den Haag.KpVV (2010). Reizigersmonitor 2010. Utrecht.
Betrouwbaarheidscodering
-

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Klanttevredenheid en sociale veiligheid openbaar vervoer, 2004-2012 (indicator 2146, versie 02,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.