Akkerbouw, tuinbouw en grasland: beteelde oppervlakten, 1980-2008

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

Volgens de indeling van de EU-bedrijfstypering is oppervlakte akkerbouwgewassen sinds 1980 met ongeveer eenderde toegenomen. Het areaal tuinbouw is vrij stabiel. De totale oppervlakte grasland is sinds 1980 met ongeveer 15% afgenomen.

  198019901995200020052008
        
  1 000 ha    
        
Akkerbouwgewassen 1))7488408459581 0521 003
w.o.granen224193185226223243
 knol- en wortelgewassen 2)295303297292248224
 groenvoedergewassen 3)104173187212241248
 tijdelijk grasland383538110205191
        
Tuinbouwgewassen 4))113104109919198
w.v.open grond1049499808188
 onder glas91010111110
        
Blijvend grasland1 1601 0621 011928795828
        
Totaal2 0212 0051 9641 9771 9381 929
        
Bron: CBS. CBS/MNC/mei09/0010
1) Volgens de nieuwe indeling, conform de EU-bedrijfstypering, inclusief tijdelijk grasland en braak liggend land. Vanaf 2002 valt natuurbraak en groenbraak onder akkerbouw; voorheen werden deze gronden niet als beteelde oppervlakten gezien.
2) Aardappelen, suiker- en voederbieten.
3) Exclusief tijdelijk grasland.
4) Vanaf 1986 excl. groen te oogsten erwten en poot- en plantuien. Vanaf 2000 wijziging indeling akkerbouw- en tuinbouwgroenten.

Aansluiting op EU-bedrijfstypering vanaf 2000

Als gevolg van aansluiting op de EU-bedrijfstypering is vanaf 2000 een wijziging in de indeling van gewassen doorgevoerd Het grootste verschil is dat tijdelijk grasland en braak tot de akkerbouwgewassen worden gerekend (in bovenstaande tabel vanaf 1980). Daarnaast is de indeling in akkerbouw- en tuinbouwgroenten gewijzigd.

Areaal akkerbouw stabiel

Volgens de nieuwe indeling stijgt de oppervlakte akkerbouwgewassen van circa 750 duizend hectare in 1980 tot ruim 1 miljoen hectare in 2008. De laatste jaren is het areaal akkerbouw stabiel.

Daling areaal tuinbouw open grond door nieuwe indeling

Het areaal tuinbouw (open grond en onder glas) is sinds 1980 vrij stabiel. De daling van het areaal tuinbouw open grond in 2000 is voornamelijk het gevolg van de gewijzigde indeling in akkerbouw- en tuinbouwgroenten.

Meer blijvend grasland en minder tijdelijk grasland

De totale oppervlakte grasland is van 1980 tot en met 2008 met ongeveer 15% afgenomen. Blijvend grasland is in die periode bijna 30% afgenomen, daarentegen is het tijdelijk grasland vervijfvoudigd.
Tot en met 2004 is er een daling van het blijvend grasland, terwijl tijdelijk grasland sterk toeneemt. De laatste jaren laten, onder andere door toenemende aandacht voor natuur- en landschapsbeheer, een stijging zien van het oppervlak blijvend grasland, terwijl het tijdelijk grasland afneemt.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Akkerbouw, tuinbouw en grasland: beteelde oppervlakten
Omschrijving
Arealen akkerbouwgewassen (waaronder granen, knol- en wortelgewassen, groenvoedergewassen), tuinbouwgewassen (waarvan open grond en onder glas) en grasland (waarvan blijvend en tijdelijk)
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Zie CBS-Landbouwtelling
Basistabel
CBS-StatLine: Landbouwtelling; gemeente 1980-2000
CBS-StatLine: Landbouw; regio (vanaf 2000)
Geografische verdeling
Nederland, landsdeel, provincie, landbouwgebied, gemeente
Andere variabelen
Veestapel, gewassen, speciale onderwerpen (verschilt per enquêtejaar)
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Zie CBS-Landbouwtelling
Opmerking
Gegevens over biologische landbouw zijn sinds versie 09 uit deze indicator verwijderd omdat de gegevens uit verschillende bronnen afkomstig zijn.
In 2006 is, als gevolg van aansluiting op de EU-bedrijfstypering en een aantal inhoudelijke wijzigingen, een lichte trendbreuk opgetreden. De wijzigingen zijn met terugwerkende kracht t/m 2000 doorgevoerd.
Betrouwbaarheidscodering
A (Integrale enquête)

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Akkerbouw, tuinbouw en grasland: beteelde oppervlakten, 1980-2008 (indicator 0010, versie 10,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.