Bruto toegevoegde waarde van de industrie, 1995-2013

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

De bruto toegevoegde waarde van de industrie kromp zowel in 2012 als in 2013 licht en kwam in de voorbije jaren niet boven het niveau van 2008 uit. Oorzaak van de krimp zijn de aanhoudende zwakke marktomstandigheden, met name in Europa.

 1995*2000*2005*20102012*2013*
       
 volume-index (2010=100)  
       
Totaal industrie75,392,295,0100102,8102,4
w.o.voedings- en genotmiddelenindustrie96,8 98,8101,1 100100,3104,1
 hout-, papier-, grafische industrie104,9111,9107,410095,894,2
 Chemische en farmaceutische industrie59,972,695,3100101,998,9
 aardolie-industrie112,279,695,4100136,4135,7
 Kunststof- en bouwmateriaalindustrie96,5101,6104,6100100,8 99,3
 Basismetaalindustrie, metaalproductenindustrie78,086,890,6100101,9101,9
 elektrotechnische industrie38,473,860,8 100112,9110,3
 machine-industrie52,280,085,7100107,6108,6
        
Bron: CBS (2014).CBS/CLO/dec14/0016
1) Volume-indexcijfers op basis van basisprijzen.
2) Incl. vervaardiging van cokesovenproducten en aardolieverwerking.
* Voorlopig cijfer.

Toegevoegde waarde industrie wederom licht gekrompen

Na groei in 2011 en krimp in 2012 (0,8 procent) is het volume van de toegevoegde waarde van de industrie in 2013 wederom gekrompen, met 0,4 procent. Door deze tweede achtereenvolgende krimp blijft de toegevoegde waarde van de industrie vooralsnog onder het niveau van 2008. Oorzaak van de krimp zijn de aanhoudende zwakke Europese marktomstandigheden, waardoor de export van Nederlandse industriële goederen afneemt en investeringen verder teruglopen. Desondanks was in 2013 een licht herstel waarneembaar: met name een slecht eerste kwartaal drukte het resultaat van 2013.

Verschillen per sector

Behalve de voedings- en genotmiddelenindustrie, de textiel- en lederindustrie en de machine-industrie lieten alle bedrijfsklassen binnen de industrie krimp zien. De voedings- en genotmiddelenindustrie liet in 2013 met 3,8 procent de grootste groei zien. De Nederlandse consument besteedde 1,1 procent minder aan voedings- en genotmiddelen. Dit werd echter ruimschoots gecompenseerd door een groei van de uitvoer van voedings- en genotmiddelen met ruim 4 procent. De machinebouw groeide met 1,0 procent. Deze groei werd vooral veroorzaakt door een sterke opleving van de vraag naar deze investeringsgoederen in het vierde kwartaal. Het sterkst kromp de chemische en farmaceutische industrie, namelijk met 3 procent. In 2012 groeide deze bedrijfsklasse met nog iets grotere cijfers. Verder kenden met name de elektrotechnische industrie en de transportmiddelenindustrie een stevige krimp.

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Bruto toegevoegde waarde van de industrie
Omschrijving
De toegevoegde waarde van de industrie tegen basis prijzen plus het saldo van de productgebonden belastingen en subsidies en het verschil tussen toegerekende en afgedragen btw.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Voor alle sectoren in de nationale economie wordt de toegevoegde waarde bepaald. Het CBS haalt de gegevens voor de statistieken uit veel verschillende bronnen. Per onderzoek staat aangegeven hoe en waar de gegevens worden verzameld.
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
Netto binnenlandsproduct (marktprijzen), toegevoegde waarde (bruto, netto in basisprijzen), nationaal inkomen, beschikbaar nationaal inkomen, consumptieve bestedingen
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Opmerking
Doordat geen sluitende vertaling gemaakt kan worden van de economische sectoren zoals het CBS die waarneemt naar de doelgroepen of milieubeleidsectoren, omvat een aantal van de gepresenteerde doelgroepen/sectoren een bredere economische sector.
Er heeft onlangs een herberekening (een zogenaamde revisie) plaatsgevonden van de statistiek van de Nationale rekeningen. De cijfers over de voorgaande jaren zijn teruggerekend tot 1995.
Betrouwbaarheidscodering
Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Bruto toegevoegde waarde van de industrie, 1995-2013 (indicator 0016, versie 15,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.