Binnenlands energieverbruik per energiedrager, 1990-2007

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

In 2007 is het binnenlands energieverbruik 0,8 procent hoger dan in 2006. Door een grotere inzet bij de elektriciteitscentrales is het verbruik van steenkool met bijna 10 procent toegenomen. Het verbruik van aardolie en aardolieproducten is met 3 procent gestegen.

  1990200020052006 2007w.v.  
       als brandstof inals
       warmte-kracht-instal-laties1)ovens, ketels, kachels, etc.grondstof of als inzet voor omzetting in andere producten 2)
          
  PJ       
          
Totaal2 7233 0653 3113 2333 3534232 157773
          
Steenkool en steenkoolproducten3663293423253572452488
          
Aardolie en aardolieproducten 9441 0731 2491 2211 35244756551
w.v.aardolie-grondstoffen2 2142 6472 6872 6222 573--2 573
 zware stookolie.-373-422-413-352111-363
 LPG.151-655-1937
 overige aardolie-producten.-1 216-1 017-982-92544727-1 695
          
Aardgas1 3031 4691 4801 4351 395575714106
Elektriciteit 3)3473758877-35039729
Stoom en/of warm water.116159156165-98264-1
Fermentatiegas.6678620
          
Bron: CBS (2008).CBS/MNC/jan09/0054
1) Voor omzetting in elektriciteit, stoom en/of warm water.
2) Inclusief verliezen bij omzetting.
3) Het verbruik aan elektriciteit betreft niet het finale gebruik (dit is wat er reëel gebruikt is door huishoudens en bedrijven en elektriciteitsproducenten), maar het verbruikssaldo van elektriciteit.
NB. De negatieve getallen in de tabel (vooral bij stookolie en overige aardolieproducten) duiden op productie van deze energiedragers uit andere energiedragers.

Toepassingen energiedragers

In Nederland worden voornamelijk aardolie, aardgas en steenkool als energiedragers ingezet. Behalve voor de productie van energie worden energiedragers, met name aardolie, ook als grondstof voor chemische producten gebruikt.

Verbruik steenkool

De inzet van steenkool bij de productie van elektriciteit in elektriciteitscentrales is in 2007 hoger dan in het jaar ervoor. Het verbruik van steenkool en steenkoolproducten is hierdoor met bijna 10 procent gestegen.

Verbruik aardolie en aardolieproducten

Door definitiewijzigingen is het verbruik van aardolie en aardolieproducten in 2007 iets anders berekend dan in de jaren ervoor. Als gevolg hiervan kan de groei in het verbruik van deze energiedragers tussen 2006 en 2007 niet direct uit de tabel worden berekend. Rekening houdend met de gewijzigde berekeningsmethode is het reële verbruik van aardolie en aardolieproducten tussen 2006 en 2007 toegenomen met 37 PJ, dus circa 3 procent.
Informatie over de achtergronden van de trendbreuk en de verschillen in de berekeningsmethode geeft de technische toelichting bij deze indicator en het artikel Trendbreuk in uitkomsten Energiebalans verslagjaar 2007 (CBS, 2008b).

Totale binnenlandse energieverbruik

Door de hierboven genoemde trendbreuk is ook de groei in het totale binnenlandse energieverbruik tussen 2006 en 2007 niet direct uit de tabel te berekenen. Rekening houdend met de gewijzigde berekeningsmethode is het reële totale binnenlandse energieverbruik tussen 2006 en 2007 toegenomen met 26 PJ, dus 0,8 procent.
Informatie over de achtergronden van de trendbreuk en de verschillen in de berekeningsmethode geeft de technische toelichting bij deze indicator en het artikel Trendbreuk in uitkomsten Energiebalans verslagjaar 2007 (CBS, 2008b).

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer informatie over het Nederlandse energieverbruik is opgenomen in de databank StatLine van het CBS.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Binnenlands energieverbruik per energiedrager.
Omschrijving
Het totale energieverbruik in Nederland per energiedrager. Voor het meest recente jaar is het energieverbruik eveneens uitgesplitst naar wijze van inzet ('brandstof in warmtekrachtinstallaties', 'brandstof in ovens, kachels en dergelijke', 'grondstof en inzet voor de omzetting in andere producten').
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek.
Berekeningswijze
Berekening op basis van enkele maand- en kwartaalenquêtes van het CBS en registraties van diverse instellingen als Tennet, Gasunie en EnergieNed. Het artikel Nederlandse energiehuishouding (NEH) (CBS, 2007) geeft een korte beschrijving van de onderzoeksmethode.
De berekening van het verbruik van aardolie en aardolieproducten in 2007 is iets gewijzigd in vergelijking met de jaren ervoor. Door enkele definitiewijzigingen kan het verbruik van aardolie en aardolieproducten in 2007 niet worden vergeleken met dat voor 2006, en kan een groei in het verbruik tussen beide jaren niet direct uit de tabel worden berekend. Er is sprake van een trendbreuk op de volgende twee onderdelen (zie ook het artikel Trendbreuk in uitkomsten Energiebalans verslagjaar 2007; CBS, 2008b):
- Volgens de definities van het Internationale Energie Agentschap en Eurostat behoort het brandstofverbruik van de zeevisserij tot het binnenlandse verbruik en niet tot de internationale marine bunkers. Doordat met ingang van verslagjaar 2007 deze definitie is gevolgd, wordt het binnenlands verbruik met 13 PJ verhoogd en de bunkers met hetzelfde bedrag verlaagd.
- Met ingang van het verslagjaar 2007 wordt een aantal aardolieproducten uit de petrochemische industrie als chemisch geclassificeerd, terwijl deze voorheen gedeeltelijk als energieproducten werden beschouwd. Het betreft een deel van de nafta's, aromaten en vloeibare gassen (de zogenaamde chemical grade) en nog enkele andere producten die niet behoren tot de Gemeenschappelijke Nomenclatuur (EU classificatie). Doordat deze chemische producten niet tot de energiebalans worden gerekend stijgt het energieverbruik in de petrochemische industrie met circa 81 PJ.
De reële toename in het verbruik van aardolie en aardolieproducten tussen 2006 en 2007 bedraagt 37 PJ, dus circa 3 procent (1352-1221-13-81=37).
Vergelijkbaar hiermee kan ook een reële toename in het totale energieverbruik voor 2007 worden berekend. Deze bedraagt 3353-3233-13-81=26 PJ, of wel 0,8 procent.
Basistabel
StatLine: Energiebalans (CBS, 2008a).
Geografische verdeling
Nederland.
Andere variabelen
Er zijn gegevens per energiedrager voor een groot aantal energiebalansposten (zoals winning, invoer, verbruik, verbruikssaldo energiebedrijven, verbruikssaldo energieafnemers, uitvoer, bunkers) en economische sectoren.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks.
Betrouwbaarheidscodering
B (schatting gebaseerd op een groot aantal (zeer accurate) metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is).

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
24
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
22
versie‎
21
versie‎
19
versie‎
18
versie‎
17
versie‎
16

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Binnenlands energieverbruik per energiedrager, 1990-2007 (indicator 0054, versie 10,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.