Milieubeleid en milieumaatregelen

Zuurstofbindende stoffen en nutriënten in afvalwater bij RWZI's, 1981-2000

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
  1981 1985 1990 1995 1998 1999 2000
 
  miljoen kg
 
Influent CZV 695 800 933 921 930 915 921
(=aanvoer) BZV 285 304 349 331 348 346 354
  N-totaal 61 70 81 84 85 88 85
  P-totaal 17,5 18,6 14,2 13,8 13,7 13,3 13,3
 
Effluent CZV 145 134 131 100 103 98 91
(= afvoer) BZV 40 29 24 13 13 14 11
  N-totaal 33 38 39 36 35 31 29
  P-totaal 10 11 6,2 3,5 3,2 3,0 2,8
 
  %
 
Zuiverings- CZV 79 81 85 89 89 89 90
rendement BZV 87 88 92 96 96 96 97
  N-totaal 45 46 52 57 60 64 66
  P-totaal 36 39 56 74 76 77 79
 
Bron: CBS (2002) CBS/MC/okt02
BZV: Biochemische Zuurstofverbruik
CZV: Chemisch Zuurstofverbruik (CZV)

Ontwikkelingen

De Vermestende stoffen: aanvoer naar de Noordzee, 1980-2001 via het effluent van rioolwaterzuiveringsinrichtingen (RWZI's) is tussen 1985 en 2000 met ruim 75% gedaald. Dit is het gevolg van de invoering van fosfaatvrije wasmiddelen en een verbeterde Capaciteit van afvalwaterzuiveringsinstallaties, 1980-2017. De aanpak van de vergaande verwijdering van stikstof begint nu op gang te komen. Dit moet in het jaar 2005 resulteren in een landelijk zuiveringsrendement van 75% (in 2000: 66%). Door verbeterde zuiveringsprocessen is ook het zuiveringsrendement van zuurstofbindende stoffen toegenomen.

Toelichting

Het influent is het aangevoerde afvalwater, het effluent is het gezuiverde afvalwater dat wordt geloosd op het oppervlaktewater. De gepresenteerde zuiveringsrendementen betreffen gewogen gemiddelden over alle typen rioolwaterzuiveringsinstallaties (CBS, 2002). Het Biochemische Zuurstofverbruik (BZV) geeft aan hoeveel zuurstofverbruik (in kg) nodig is voor de bacteriële afbraak van organische - en ook bepaalde anorganische - verontreinigingen in het afvalwater. Het Chemisch Zuurstofverbruik (CZV) geeft aan hoeveel zuurstof er nodig is voor de volledige chemische afbraak van deze verbindingen. In de tabel worden voor beide parameters de jaarlijkse vrachten benodigde zuurstof gegeven. Uitgedrukt als concentratie zijn beide parameters een maat voor de vervuilingsgraad van het afvalwater.De vervuilingswaarde (uitgedrukt in inwonerequivalenten) is de hoeveelheid (zuurstofbindende) stoffen waarvan het zuurstofverbruik bij aërobe afbraak overeenkomt met die van het afvalwater van 1 inwoner per etmaal.

Referenties

  • CBS (2000). Waterkwaliteitsbeheer, Zuivering van afvalwater, 1998. CBS, Voorburg/Heerlen.
  • CBS (2002). Statline. Zuivering van afvalwater. CBS, Voorburg/Heerlen.
  • Lievense, A., R.H. Huwaë en C.M. Baas (2000). Verwijdering van stikstof en fosfor op rioolwaterzuiveringsinrichtingen 1998. Kwartaalbericht Milieustatistieken 2000/3. CBS, Voorburg/Heerlen.

Relevante informatie

  • Meer informatie over de lozing van zuurstofbindende stoffen en de belasting van het oppervlaktewater is te vinden op Statline (CBS)

Archief van deze indicator

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2002). Zuurstofbindende stoffen en nutriënten in afvalwater bij RWZI's, 1981-2000 (indicator 0152, versie 03 , 17 september 2002 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.

Het CLO is een samenwerkingsverband van CBS, PBL, RIVM en WUR.