Herintroductie soorten, 1908-2008
U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.
Deze indicator is beëindigd.
Sinds 1908 zijn 7 soorten, die uit Nederland verdwenen waren, geherintroduceerd. Bij 15 andere soorten heeft een locale herintroductie plaatsgevonden. Meer dan de helft van de herintroducties is succesvol.
Herintroductie van soorten | |||
Soort | Eerste jaar | Type herintroductie | Succes |
Kwak | 1908 1) | Lokaal | Mislukt 2) |
Rugstreeppad | 1935 | Lokaal | Niet beschouwd 3) |
Grauwe gans | 1964 | Landelijk | Niet beschouwd 4) |
Raaf | 1969 | Landelijk | Succesvol |
Ooievaar | 1969 | Lokaal | Succesvol |
Beekforel | 1977 | Lokaal | Niet beschouwd 3) |
Vlagzalm | 1978 | Landelijk | Mislukt 5) |
Gentiaanblauwtje | 1983 | Lokaal | Niet beschouwd 6) |
Bever | 1988 | Landelijk | Succesvol |
Pimpernelblauwtje | 1990 | Landelijk | Succesvol |
Donker pimpernelblauwtje | 1990 | Landelijk | Minder succesvol |
Boomkikker | 1992 | Lokaal | Succesvol |
Das | 1992 | Lokaal | Succesvol |
Edelhert | 1992 | Lokaal | Succesvol |
Zilveren maan | 1993 | Locaal | Minder succesvol |
Vuursalamander | 1993 | Lokaal | Niet beschouwd 3) |
Bosparelmoervlinder | 1995 | Lokaal | Mislukt |
Muurhagedis | 1995 | Bijplaatsing | Niet beschouwd |
Rode bosmier | 2000? | Lokaal | Niet beschouwd 7) |
Hamster | 2002 | Lokaal | Succesvol |
Otter | 2002 | Landelijk | Minder succesvol |
Geelbuikvuurpad | 2005 | Lokaal | Te korte periode |
Korhoen | 2007 | Lokaal | Te korte periode |
Steenuil | 2007 | Bijplaatsing | Niet beschouwd |
Zeearend | 2007 | Landelijk | Niet beschouwd 8) |
Noten: | 1) diverse jaren vanaf 1908 2) deels losgelaten exemplaren uit dierentuinen en spontane vestiging. 3) niet officieel 4) uitbreiding vooral door spontane vestiging 5) mislukt door riooloverstort 6) in kader van experiment met maaibeheer en sterfte 7) onbekend 8) gepland maar niet uitgezet, spontane vestiging in 2006 | ||
Bron: CBS, Min. LNV dir. kennis | CBS/MNC/aug09 |
Historie
Uitzetten van dieren in het wild, zowel van inheems en uitheemse soorten is al een eeuwenoude praktijk. In het verleden ging het vooral om bejaagbare en bevisbare soorten, zoals wild zwijn, edelhert, damhert, moeflon, konijn, patrijs, fazant en vissen. Het legaal uitzetten van dieren gebeurt tegenwoordig vrijwel alleen uit reden van natuurbescherming. De afgelopen 100 jaar zijn voor verscheidene verdwenen of bedreigde soorten herintroductie projecten gestart.
Herintroductie dieren
Voor een aantal soorten zoogdieren, vogels, vissen, amfibieën en vlinders zijn herintroductie-programma's uitgevoerd of in uitvoering. De meeste herintroducties zijn min of meer succesvol, zie daarvoor ook de afzonderlijke indicatoren van het Milieu- en Natuurcompendium. Een succesvolle herintroductie is meestal niet alleen een gevolg van de herintroductie zelf, maar ook van het verbeteren van de leefomstandigheden.
Herintroductie planten
Voorbeelden van locale herintroducties bij planten zijn groot zeegras, valkruid, jeneverbes, zwarte populier en diverse akkeronkruiden (Smulders et al., 2006). De landelijke en locale herintroducties van planten zijn echter nog nooit systematisch in kaart gebracht, al is er over het uitzaaien van planten veel geschreven. Daarom is het niet mogelijk hiervan een overzicht te geven.
Criteria herintroductie
Herintroductie is het uitzetten van dieren of planten met als doel populaties van soorten die geheel uit Nederland landelijk zijn verdwenen te herstellen. Het uitzetten (introductie) van uitheemse soorten valt niet onder herintroducties. Als het gaat om uitzettingen in gebieden waar de soort niet of niet meer voorkomt, maar elders in het land nog wel, spreekt men van locale herintroducties.
Er zijn verscheidene criteria waaraan een soort wil voldoen om voor herintroductie in aanmerking te komen. Hierbij zijn ook de richtlijnen die zijn uitgegeven door de IUCN (1998) een leidraad voor Nederland. In ieder geval moet de oorzaak van het verdwijnen bekend en weggenomen zijn voordat een herintroductie zinvol kan zijn. Een belangrijke overweging is ook of er een kans is op spontane terugkeer van de soort. Als dat het geval is, zal meestal niet tot herintroductie besloten worden. Verder zijn het meestal aansprekende soorten waarvoor herintroductie projecten uitgevoerd zijn of in uitvoering zijn, omdat voor deze soorten een breed draagvlak verondersteld wordt. De soorten die uitgezet zijn bij een herintroductie zijn veelal afkomstig uit in het wild levende populaties in het buitenland. De genetische samenstelling van de populatie moet zoveel mogelijk overeenkomen met de verdwenen Nederlandse populatie. In sommige gevallen worden ook fokprogramma's opgezet om over voldoende dieren te kunnen beschikken. Voor locale herintroducties wordt ook gebruik gemaakt van materiaal afkomstig van Nederlandse populaties.
Wettelijke bepalingen
Het is volgens de Flora- en Faunawet verboden dieren of eieren van dieren in de vrije natuur uit te zetten. Voor herintroductie-programma's verleent het Ministerie van LNV vergunningen.
Voor het uitzetten van vissen is alleen een vergunning noodzakelijk voor soorten die niet in de visserijwet van 1963 worden genoemd.
Bronnen
- Crombaghs, B.H.J.M. (1992). De boomkikker Hyla arborea in Noord-Brabant. Hoe lang nog? Verslag van de ontwikkelingen van een uitzetexperiment in de Leemkuilen te Udenhout. Limes Divergens, Adviesbureau voor Natuur & Landschap, Nijmegen. Rapport 92/2
- Crombaghs, B.H.J.M. (1992). De boomkikker Hyla arborea in de Leemkuilen te Udenhout. Verslag van de ontwikkelingen in 1992. Limes Divergens, Adviesbureau voor Natuur & Landschap, Nijmegen. Rapport 92/6.
- IUCN (1998). Guidelines for re-introductions. Prepared by the IUCN/SSC Re-introduction Specialist Group. IUCN, Gland, Switserland & Cambridge, UK.
- Provincie Limburg (2007) Hamsterinventarisatie Mergelland-West, Sittard, Puth en Koningsbosch in het najaar 2006. Provincie Limburg, Maastricht.
- Sluiter, J.A. (1997) Achtergronden van (her)introductie en een overzicht van de herintroductie projecten in Nederland. In: H.P.Nooteboom (ed.) Voor en tegen van herintroductie van dieren in Nederland. Mededeling 31, Nederlandse Commissie voor Internationale Natuurbescherming: 5-15.
- Smulders, M.J.M., P.F.P. Arens, H.A.H. Jansman, J. Buitenveld, G.W.T.A. Groot Bruinderink en H.P. Koelewijn (2006). Herintroduceren van soorten, bijplaatsen of verplaatsen: een afwegingskader. Alterra rapport 1390. Alterra, Wageningen.
- Stavast, F. (2008). Een overzicht van herintroducties van dieren 1980-2008. DK nieuwsbrief: 8.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Inleiding herintroductie soorten
- Omschrijving
- Inleiding op het onderwerp herintroductie met overzicht van herintroducties.
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek
- Berekeningswijze
- Succesvol = toename over de gehele periode; Minder succesvol = geen toename over gehele periode; mislukt = populatie verdwenen
- Basistabel
- zie bovenstaande tabel
- Geografische verdeling
- Nederland
- Verschijningsfrequentie
- onregelmatig
- Achtergrondliteratuur
- Smulders, M.J.M., P.F.P. Arens, H.A.H. Jansman, J. Buitenveld, G.W.T.A. Groot Bruinderink en H.P. Koelewijn (2006). Herintroduceren van soorten, bijplaatsen of verplaatsen: een afwegingskader. Alterra rapport 1390. Alterra, Wageningen.
- Opmerking
- Van bijzondere herintroducties zoals het bijplaatsen van individuen bij een bestaande populatie en het verplaatsen van populaties zijn niet op hun succes beoordeeld . Dat geldt tevens voor soorten die nog maar kort geleden zijn uitgezet.
- Betrouwbaarheidscodering
- Beoordeling deels gebaseerd op deskundigen-oordeel
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Herintroductie soorten, 1908-2008 (indicator 1474, versie 04,