Flora van naaldbossen, 1999-2012

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

In de naaldbossen in Nederland vindt omvorming plaats van naaldbos naar loofbos of gemengd bos. Dit heeft geleid tot afname van de kenmerkende soorten en toename van het aandeel struiken. Opvallend is de afname van het gras bochtige smele.

Naaldbossen

In Nederland zijn in de tweede helft van de negentiende en de eerste helft van de twintigste eeuw op de Veluwe, in Noord-Brabant, in Drenthe en in de duinen veel naaldbossen aangeplant om zandverstuiving tegen te gaan of om hout te leveren voor de mijnbouw in Limburg. In Nederland met zijn gematigd klimaat komen naaldbossen van nature niet voor.
Veel aanplanten van naaldbossen bestaan uit monoculturen van niet-inheemse houtproductiesoorten, zoals zwarte den, lariks, fijnspar en douglasspar.
De ondergroei van naaldbossen is doorgaans arm aan ondergroei, maar rijk aan paddenstoelen, waaronder vaak bijzondere soorten.

Omvorming naar loofbos

Momenteel worden veel naaldbossen geleidelijk omgevormd tot natuurlijker loofbossen met inheemse soorten. Dat past in het beleid om de toename van meer natuurlijke bossen met inheemse boomsoorten te bevorderen. Op veel plekken in Nederland worden daartoe naaldbomen gekapt en/of worden naaldbossen zodanig uitgedund dat loofbomen een kans krijgen. Deze omvorming is zichtbaar door een geringe afname van kenmerkende soorten van naaldbossen (tabblad Soorten) en toename van loofhoutsoorten en ondergroei (tabblad Ondergroei). De soortenrijkdom van naaldbossen neemt bij deze omvorming nog niet toe.

Oppervlakte naaldbos

In de periode 2001/2005 bedraagt de totale oppervlakte naaldbos 133.000 ha, waarvan het grootste deel bestaat uit monoculturen van één soort naaldboom. Het aandeel van naaldbossen (zonder gemengd naald-loofbos) in het totaal aan bos in Nederland is afgenomen van 40% in 1985-1986 tot 31,8% in 2001-2005. Een ontwikkeling die zich bij een voortzetting van het huidige omvormingsbeleid zal doorzetten.

Bochtige smele

Door omvorming van naaldbos naar loofbos kunnen struiken, kruidachtige planten en grassen toenemen. Er zijn echter ook grassen die afnemen, zoals bochtige smele (tabblad Bochtige smele). Dit heeft mogelijk te maken met de toename van de ondergroei met kruiden en struiken. Een andere oorzaak is misschien de verlaging van de stikstofdepositie in de Nederlandse bossen, want in vochtige bossen nemen de indicatorsoorten voor voedselrijkdom af.

Bronnen

  • Arnolds, E. (2008). Paddenstoelen pleiten vóór naaldbossen. Vakblad natuur bos landschap september 2008: 6-10.
  • Cáceres, M. de en P. Legendre (2009). Associations between species and groups of sites: indices and statistical inference. Ecology 90 (12): 3566-3574.
  • Dirkse, G.M. (2007). Meetnet Functievervulling bos 2001-2005. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Rapport DK nr. 2007/065, Ede.
  • Meij, T. van der en L. van Duuren (2000). Veranderingen in oppervlakten van natuurtypen tussen 1950 en 1990. Kwartaalbericht Milieustatistieken 2000-2. CBS. Voorburg/Heerlen.
  • Weeda, E.J., J.H.J. Schaminée en L. van Duuren (2005). Atlas van Plantengemeenschappen in Nederland. Bossen, struwelen en ruigten. KNNV uitgeverij, Utrecht.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Flora naaldbos
Omschrijving
Veranderingen in de flora van naaldbossen
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Door een wijziging in 2012 in de berekening van het aandeel kenmerkende soorten en de berekening van de som van de bedekking, kunnen kleine wijzigingen ten opzichte van de vorige versie optreden.
Basistabel
Zie Download figuurdata
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Opmerking
Het aantal soorten van naaldbossen is afgemeten aan het aantal hogere planten dat in de proefvlakken voorkomt. Naaldbossen kunnen echter wel rijk zijn aan soorten paddenstoelen. Totaal hebben 475 soorten paddenstoelen een sterke voorkeur voor naaldbomen (Arnolds 2008). Omvorming van naaldbossen naar gemengde of loofbossen kan bij een rijke paddenstoelenflora ook verlies aan biodiversiteit betekenen.De figuur die betrekking heeft op de ondergroei laat sinds versie 4 van deze indicator indexcijfers zien (met 1999=100) zodat die vergelijkbaar is met de andere twee figuren.
Betrouwbaarheidscodering
C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
05
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Flora van naaldbossen, 1999-2012 (indicator 1545, versie 04,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.