Hoogopgeleiden, 2014
Bijna drie op de tien 15- tot 75-jarigen in Nederland is hoogopgeleid. De sterk verstedelijkte gemeenten hebben veelal de hoogst opgeleide bevolking. Het percentage hoogopgeleiden in de aangrenzende gemeenten ligt vaak ook boven het landelijke gemiddelde.
Helft van bevolking in Utrecht hoog opgeleid
Utrecht is de gemeente met de meeste hoogopgeleiden. In deze stad is de helft van de 15- tot 75-jarige inwoners hoog opgeleid. Van de vier grote steden (G4) behoort ook Amsterdam tot de top 10 gemeentes. Voor zowel Utrecht als Amsterdam geldt dat de aangrenzende gemeentes ook vaak een hoog percentage hoogopgeleiden kennen. In Rotterdam komt het aandeel hoogopgeleiden ongeveer overeen met het landelijk gemiddelde terwijl het in Den Haag daar net iets boven ligt.
Ook buiten Randstad hoog opgeleide bevolking in sterk verstedelijkte gemeenten
Net als in de Randstad is het aandeel hoogopgeleiden in de universiteitssteden Leiden, Delft, Wageningen, Nijmegen, Groningen en Eindhoven relatief groot. En bovendien geldt ook voor de meeste van deze gemeenten dat in de aangrenzende gemeentes het percentage hoogopgeleiden vaak boven het landelijke gemiddelde ligt. Uitzondering daarop zijn de universiteitssteden Maastricht en Enschede. Het aandeel hoogopgeleiden ligt in Maastricht nog net iets boven het landelijk gemiddelde en in Enschede ligt dit er zelfs onder. Beide steden zijn beduidend minder succesvol in het vasthouden van hun voormalige studenten of in het aantrekken van hoogopgeleiden. Het gebrek aan werkgelegenheid voor hoogopgeleiden betekent dat veel afgestudeerden weg trekken en elders gaan werken. En dit geldt nog sterker voor het relatief hoge aandeel buitenlandse (vooral Duitse) studenten aan beide universiteiten.
Jonge vrouwen vaker hoogopgeleid dan mannen
In 2014 ligt het aandeel hoogopgeleide mannen van 15 tot 75 jaar met 29% nog 2 procentpunten hoger dan het aandeel hoogopgeleide vrouwen in dezelfde leeftijd. Deze achterstand van vrouwen zal in de komende jaren omslaan in een jaarlijks groeiende voorsprong. Zo is het aandeel hoogopgeleiden onder 25- tot 45-jarige vrouwen al 5 procentpunten hoger dan onder mannen in deze leeftijd. Onder de 25- tot 35-jarigen is het verschil zelfs al 9 procentpunten.
Referenties
- CBS (2015a). StatLine: Arbeidsdeelname; regionale indeling 2014. CBS, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2015b). StatLine: Arbeidsdeelname; kerncijfers. CBS, Den Haag / Heerlen.
Relevante informatie
- Jongeren, potentieel werkenden en ouderen
- Meer gegevens over het hoogst behaalde onderwijsniveau en de beroepsbevolking is te vinden in de databank StatLine van het CBS.
Technische toelichting
Naam van het gegeven
Hoogopgeleiden, 2014
Omschrijving
Het hoogst behaalde onderwijsniveau van de bevolking in de leeftijd 15 tot en met 74 jaar.
Tot de hoogopgeleiden behoren de personen met als hoogst behaalde opleiding hbo (inclusief associate degree) of wo (inclusief doctoraat).
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Clemens Siermann.
Berekeningswijze
Het onderwijsniveau wordt vastgesteld door respondenten van de Enquête beroepsbevolking (EBB) te vragen naar hun hoogste gevolgde opleiding die ze succesvol met een diploma hebben afgesloten. De cijfers naar regio zijn bepaald met een modelgebaseerde schattingsmethode. Om de kwaliteit van de modellen te verhogen zijn model variabelen opgenomen met een sterk voorspellend karakter voor de doel variabel. Voor het schatten van de modelparameters wordt gebruik gemaakt van Bayesiaanse schattingsmethoden. Meer informatie over de schattingsmethodiek is te vinden in de publicatie Small area estimates of labour status in Dutch municipalities. Dit document is te raadplegen via deze link.
Basistabel
StatLine: Arbeidsdeelname; regionale indeling 2014
Geografisch verdeling
Gemeenten
Andere variabelen
Netto arbeidsparticipatie
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Zie voor de korte onderzoeksbeschrijving de toelichting van de Enquête beroepsbevolking (EBB) op de website van het CBS.
Opmerking
Let op: de huidige versie (6) verschilt qua populatie met de voorgaande versies. De cijfers van de recente versie hebben betrekking op de bevolking in de leeftijd van 15 tot en met 74 jaar. De versies 3,4 en 5 betrof het de leeftijd 15 tot en met 64 jaar.
Daarnaast is voor het eerst gebruik gemaakt van de kleine domein schatter voor nauwkeurige uitkomsten.
De versies 1 en 2 hebben betrekking op de beroepsbevolking. Tot de beroepsbevolking horen alle personen van 15 tot en met 64 jaar die: betaald werken hebben van minimaal 12 uur per week, die werk voor ten minste 12 uur per week hebben aanvaard of die werk zoeken voor minimaal 12 uur in de week, hier actief naar zoeken en ook op korte termijn beschikbaar zijn.
Betrouwbaarheidscodering
C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.
Archief van deze indicator
- Hoogopgeleiden, 2022 (actuele versie , 30 jun 2023 )
- Hoogopgeleiden, 2021 (v13 , 05 jul 2022 )
- Hoogopgeleiden, 2020 (v12 , 26 mei 2021 )
- Hoogopgeleiden, 2019 (v11 , 27 mei 2020 )
- Hoogopgeleiden, 2018 (v10 , 05 jun 2019 )
- Hoogopgeleiden, 2017 (v09 , 29 mei 2018 )
- Hoogopgeleiden, 2016 (v08 , 16 nov 2017 )
- Hoogopgeleiden, 2015 (v07 , 29 jun 2016 )
- Hoogopgeleiden, 2014 (v06 , 22 jul 2015 )
- Hoogopgeleiden, 2013 (v05 , 18 jul 2014 )
- Hoogopgeleiden, 2012 (v04 , 12 jul 2013 )
- Hoogopgeleiden, 2011 (v03 , 11 mei 2012 )
- Hoogopgeleide beroepsbevolking (2008-2010) (v02 , 06 jul 2011 )
- Hoogopgeleide beroepsbevolking (2009) (v01 , 11 aug 2010 )
Referentie van deze webpagina
CBS, PBL, RIVM, WUR (2015). Hoogopgeleiden, 2014 (indicator 2100, versie 06 , 22 juli 2015 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.