Belangstelling voor maatschappelijke problemen, 1971-2010

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

De belangstelling van kiesgerechtigden voor de milieuproblematiek is hoog in het begin van de jaren zeventig en het eind van de jaren tachtig van de vorige eeuw. In 2010 is de maatschappelijke belangstelling voor milieu erg laag.


Grafiek 1 geeft een overzicht van de belangstelling van achttien-plussers voor 16 maatschappelijke problemen in de jaren 2006 en 2010. Grafiek 2 toont de ontwikkeling van de belangstelling van achttien-plussers voor milieu als maatschappelijk probleem in de periode tussen 1971 en 2010. Door "download figuurdata" aan te klikken roept men een tabel worden op met gegevens over de ontwikkeling van alle 16 maatschappelijke problemen tussen 1971 en 2010.

Maatschappelijke problemen in 2006 en 2010

Tussen 2006 en 2010 is er een aantal verschuivingen in het benoemen van maatschappelijke problemen. In 2006 vond men vooral problemen rond (etnische) minderheden het meest urgent, gevolgd door gezondheidszorg en criminaliteit. Ook problemen gerelateerd aan inkomens en prijzen (zoals inflatie, koopkracht en belasting betalen), op de voet gevolgd door 'waarden en normen' (zoals normverval, individualisering, intolerantie en sociale contacten) behoorden tot de top-5 van de belangrijkste probleemgebieden.
In 2010 ziet deze top-5 er iets anders uit. De belangrijkste verschuiving betreft de aandacht voor problemen gerelateerd aan 'economie en financiën'. De kredietcrisis, die daartoe behoort, zorgt ervoor dat dit terrein met 38 procent het meest genoemd wordt. In 2006 was dit maar 12 procent. De aandacht voor criminaliteit, minderheden, gezondheidszorg en politiek als probleemgebied ontlopen elkaar niet. Zo'n één op de vijf mensen vindt dat dergelijke problemen met voorrang aangepakt zouden moeten worden. Wat hierbij vooral opvalt, is de tanende belangstelling voor minderheden: van 36 naar 22 procent. De aandacht voor de gezondheidzorg en criminaliteit blijft nagenoeg gelijk, terwijl een iets grotere groep de politiek als probleemgebied op de kaart zet.

Ontwikkeling belangstelling voor de milieuproblematiek

De belangstelling van achttien-plussers voor de milieuproblematiek kent ups and downs. In 1971 en 1972 was het milieu koploper van de ervaren landelijke problemen. Daarna ebde de belangstelling hiervoor weg, en kwam werkloosheid prominent op de agenda te staan. Mede door de aandacht in het Nationaal Milieubeleidsplan nam de aandacht voor het milieu als nationaal probleem in 1989 fors toe.
In de jaren negentig is de aandacht voor het milieu op zijn retour. In 1994 werd het milieu door 16 procent van de kiezers als een belangrijk probleem gezien. In 1997 (13 procent), 2006 (8 procent) en 2010 (5 procent) is de aandacht voor het milieu steeds verder gedaald. Problemen als criminaliteit, wet en orde, minderheden en discriminatie, werk en werkgelegenheid, gezondheid en zorg, en economie en financiën krijgen een hogere prioriteit.

Belangstelling voor milieuproblematiek naar persoonskenmerk

In 2010 werden milieuproblemen vaker als nationaal probleem beschouwd door hoger opgeleiden dan door lager opgeleiden. Van de HBO- en universitair geschoolden vond 11 procent dit, terwijl van niet meer dan 1 procent van de laagst opgeleide mensen deze mening was toegedaan.

Nationaal Kiezersonderzoek

De gegevens die in deze indicator worden gepresenteerd zijn afkomstig uit het Nationaal Kiezersonderzoek. Dit onderzoek wordt gehouden in jaren waarin er Tweede kamer verkiezingen worden gehouden. Tijdens het Nationaal
Kiezersonderzoek wordt aan stemgerechtigden van 18 jaar of ouder gevraagd "Wat vindt u de belangrijkste problemen in ons land?". Men kan daarop meerdere problemen opnoemen. De antwoorden op deze "open" vraag zijn bewerkt en gegroepeerd in 16 hoofdproblemen.

Bronnen

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Belangstelling voor maatschappelijke problemen
Omschrijving
De indicator geeft voor de periode 1971-2010 de resultaten van een aantal Nationale Kiezersonderzoeken voor wat betreft de belangstelling van de bevolking van achttien jaar en ouder voor milieuproblematiek en een aantal andere maatschappelijke problemen (zoals minderheden, criminaliteit, werkgelegenheid, gezondheidszorg, wonen en defensie).
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Berekeningswijze
Enquête (steekproef) onder stemgerechtigden van achttien jaar en ouder.
De berekeningswijze van de gegevens over 2006 is beschreven in het rapport Het Nationaal Kiezersonderzoek 2006. Opzet, uitvoering en resultaten (Schmeets, H. (red.), 2008).
Een korte methodebeschrijving geeft het artikel Nationaal Kiezersonderzoek (NKO) (CBS, 2011a).
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
Gegevens naar persoonskenmerk (leeftijdsgroep, geslacht, burgerlijke staat, herkomst, hoogste opleiding, woonregio, stedelijkheid, stemgedrag).
In het Nationaal Kiezersonderzoek wordt de belangstelling gemeten van in totaal zestien maatschappelijke problemen.
Verschijningsfrequentie
Onregelmatig: in jaren wanneer er Tweede Kamer verkiezingen worden gehouden.
Betrouwbaarheidscodering
C (schatting op basis van een groot aantal accurate metingen; de representativiteit van de gegevens is grotendeels gewaarborgd).

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
06
Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Belangstelling voor maatschappelijke problemen, 1971-2010 (indicator 0040, versie 05,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.