Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw, 1980-2006

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

De broeikasgasemissies van de land- en tuinbouw zijn sinds 1990 afgenomen. Het betreft emissies van methaan, distikstofoxide en koolstofdioxide.

Uitstoot broeikasgassen land- en tuinbouw gedaald door melkquotering en mestbeleid

De totale broeikasgasemissie van de land- en tuinbouw is sinds 1990 afgenomen. Bij alle broeikasgassen (koolstofdioxide, methaan en distikstofoxide) is de emissie met 10 tot 20% gedaald. Hieronder een toelichting op de trend per broeikasgas (zie tab's boven de figuur).

CH4-emissie gedaald door inkrimping veestapel

Methaan (CH4) komt voornamelijk vrij als spijsverteringsgas bij herkauwers (tijdens de pensfermentatie). De CH4-emissie van pensfermentatie neemt sinds 1990 af door inkrimping van de melkveestapel als gevolg van de melkquotering (Beschikking superheffing, 1984) in combinatie met een toename van de melkproductie per koe. Daarnaast komt methaan vrij uit de mest in stallen en opslag. Deze emissie is ook afgenomen, vooral door inkrimping van de varkensstapel als gevolg van het mestbeleid.

N2O-emissie gedaald door mestbeleid

Bij mest uit stallen en opslag treden daarnaast ook distikstofoxide (N2O)-emissies naar de lucht op. Beweiding en toepassing van mest en kunstmest veroorzaken zowel directe N2O-emissies vanuit de bodem naar de lucht als indirecte N2O-emissies na depositie van ammoniak en na uit- en afspoeling van stikstof naar grond- en oppervlaktewater.
Door het onderwerken van dierlijke mest als gevolg van het ammoniakbeleid nam de N2O-emissie vanuit de bodem tussen 1990 en 1995 toe. Maar door verminderde toevoer van stikstof naar de bodem als gevolg van het mestbeleid zette vanaf 1995 een daling van de N2O-emissie in. Het betreft niet alleen een daling van de directe N2O-emissie uit de bodem, maar ook van de indirecte N2O-emissie ten gevolge van depositie van ammoniak en van uit- en afspoeling van stikstof.

CO2-emissie gedaald door energiebesparing in de glastuinbouw

De emissies van koolstofdioxide (CO2) zijn voor circa 80% afkomstig van de verbranding van fossiele brandstoffen in de glastuinbouw. Deze emissie is sinds 1990 gedaald als gevolg van energiebesparing in de glastuinbouw, die weer het gevolg was van de Meerjarenafspraken energiebesparing 1990-2000.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Broeikasgasemissies Land- en tuinbouw, 1990-2006
Omschrijving
Emissies van broeikasgassen uit de land- en tuinbouw (koolstofdioxide (CO2), methaan (CH4), distikstofoxide (N2O) en fluorhoudende gassen (HFK's, PFK's en SF6).
Verantwoordelijk instituut
Milieu- en Natuurplanbureau (MNP)
Berekeningswijze
De emissiecijfers voor de broeikasgassen zijn berekend volgens de IPCC-methode.
Voor een uitgebreide beschrijving van de berekeningsmethoden wordt verwezen naar de methodebeschrijvingen op de website www.broeikasgassen.nl.
Basistabel
Alle data zijn opvraagbaar op of via de website van de Emissieregistratie. De hier gepresenteerde cijfers zijn de definitieve emissiecijfers voor de periode 1990-2006, zoals vrijgegeven door de Emissieregistratie in maart 2008. De cijfers zijn echter nu nog niet beschikbaar op de website.
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
In mei definitieve cijfers t-2; in september voorlopige cijfers t-1
Achtergrondliteratuur
Methoden: op de website van Emissieregistratie achter Overzicht documenten
Begrippen: op de website van Emissieregistratie achter Begrippenlijst
Opmerking
De emissiecijfers voor de broeikasgassen zijn berekend volgens de IPCC-methode. Zie CO2-emissies verklaard, voor een toelichting op de IPCC-emissies.

Broeikasgasemissies herberekend in 2007In 2007 heeft een team van experts van het Klimaatverdrag het Nationaal systeem broeikasgassen beoordeeld (review). Het Nationaal systeem wordt gebruikt voor het berekenen van het Nederlandse emissieplafond onder het Kyotoprotocol. Deze review heeft geleid tot een aantal wijzigingen in berekeningsmethoden. De wijzigingen hebben betrekking op de gehele emissiereeks (waaronder ook het basisjaar). Voor meer informatie zie Van der Maas et al., 2008. De (geringe) aanpassingen per broeikasgas zijn voor landbouw:1). N2O-emissies van de landbouw: in het verleden werd de NH3-emissie afgetrokken voordat de N2O-emissie uit mestopslag werd berekend. Dit bleek niet in overeenstemming met de IPCC-richtlijnen;2). Emissies van de landbouw (CH4 en N2O) werden afgerond voordat ze werden gerapporteerd aan de Emissieregistratie.
Betrouwbaarheidscodering
Zie: Van der Maas et al. (2008). Greenhouse Gas Emissions in the Netherlands 1990 - 2006. National Inventory Report 2008. MNP rapportnr. 500080009 / 2008, Milieu- en Natuurplanbureau, Bilthoven

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw, 1980-2006 (indicator 0100, versie 07,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.