Bedrijven met een vergunning op hoofdzaken, 2002
U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.
Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt.
De monitoring van milieubeleidsprestaties van provincies en gemeenten is grotendeels beëindigd in 2004. De monitoringsrapportages van de Coördinatie Commissie Overheidsmonitoring (CCO) en van het Interprovinciaal Overleg (IPO) zijn niet meer beschikbaar. Deze indicator zal daarom niet meer worden bijgewerkt.
Het aantal bedrijven met een vergunning op hoofdzaken bedraagt een kleine 1%. Dit is hetzelfde percentage als in de afgelopen drie jaar. Het idee achter de vergunning op hoofdzaken is dat bedrijven, die hun verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van zorg voor milieu en veiligheid, minder strikte regels krijgen voorgeschreven.
Aandeel bedrijven met een vergunning op hoofdzaken in 2002
Het percentage bedrijven met een vergunning op hoofdzaken (VOH) is in 2002 een kleine 1%. Ook in 2001 en 2000 lag het percentage bedrijven met een vergunning op hoofdzaken ook rond de 1%.
- Van de 150 vergunningplichtige inrichtingen die vallen onder het rijk, hebben twee inrichtingen een vergunning op hoofdzaken.
- Van de bedrijven die vallen onder het bevoegd gezag van de provincies hebben iets minder dan 1% een vergunning op hoofdzaken.
- De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de vergunningverlening aan een groot aantal kleinere bedrijven. Binnen deze groep bedrijven hebben slechts 0,23% (1 op de 440) bedrijven een vergunning op hoofdzaken.
De provincies onderling vergeleken
De provincie Drenthe heeft verreweg het grootste percentage bedrijven met een vergunning op hoofdzaken. De provincies Friesland, Flevoland en Noord-Holland liggen ook boven het landelijk gemiddelde. Er zijn vijf provincies die geen bedrijven hebben met een vergunning op hoofdzaken. De resultaten wijken in 2002 niet af ten opzichte van voorgaande jaren.
Beleid met betrekking tot vergunning op hoofdzaken
Een onderdeel van het doelgroepenbeleid Industrie is de 'Vergunning op Hoofdzaken'. Bij de vergunning op hoofdzaken ligt sterk de nadruk op het nemen van de eigen verantwoordelijkheid door de bedrijven. Het idee is dat bedrijven die een ontwikkeld milieubeleid en een geïmplementeerd milieuzorgsysteem hebben, meer verantwoordelijkheden kunnen krijgen. Dit betekent dat in de milieuvergunning meer 'doelvoorschriften' worden opgenomen en minder 'middelvoorschriften'.Er is geen norm of doel gesteld voor de verlening van het aantal vergunning op hoofdzaken. Lang niet alle bedrijven lenen zich voor een vergunning op hoofdzaken. Het bevoegd gezag acht die bedrijven geschikt die tot de 'koplopers' behoren. Koplopers zijn bedrijven, die mede op basis van vrijwilligheid, geavanceerde milieumaatregelen nemen, of een erkend milieuzorgsysteem hebben. Dit betreft circa 10% van de bedrijven.
Monitoringsmethodiek
De indicator is onderdeel van de monitoring van overheidsprestaties In de jaarrapportage over 2002 zijn naast de cijfers voor provincie ook de gegevens gepresenteerd voor gemeenten en het rijk. Van de gemeenten heeft 35% deze vraag beantwoord. De monitoringsrapportage van de Coördinatie Commissie Overheidsmonitoring (CCO) is niet meer beschikbaar per 2004.
Bronnen
- CCO (2003). Overheidsmonitor, Jaarrapportage 2002. Rapportagereeks Milieu Monitor nr 10. Coördinatiecommissie Overheidsmonitoring. De indicator maakt deel uit van DI-2: 'Het aantal vergunningen op hoofdzaken gekoppeld aan milieuzorgsystemen ten opzichte van het totaal aantal verleende vergunningen in het kader van de Wet milieubeheer.'
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2005). Bedrijven met een vergunning op hoofdzaken, 2002 (indicator 0355, versie 04, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.