Bestrijdingsmiddelengebruik door de overheid, 1986-2005

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen door de overheid daalde eind vorige eeuw, maar is na 2001 weer toegenomen. De onkruidbestrijding wordt steeds meer gedomineerd door middelen op basis van een viertal stoffen met als belangrijkste glyfosaat.

  1992199520012005Toename t.o.v. 1995
       
 kg actieve stof  %
      
Totaal chemische bestrijding70 66050 37242 14453 5946,4
Naar toepassing     
w.o.stedelijke beplanting19 07511 07410 22212 1079,3
 sportvelden5 5484 8964 1643 760-23,2
 verhardingen27 18926 65120 51029 73711,6
 spoorbanen11 1354 8986 0406 35029,6
 waterlopen3 761557-6-98,9
Naar werkzame stof     
w.o.2,4-D2 0081 4301 8821 85129,4
 amitrol8 5201 994356509-74,5
 dalapon7 476581---
 dichlobenil10 0856 2228 3179 63254,8
 diuron22 97113 02913--
 Glyfosaat 1)5 55416 29923 74433 840107,6
 MCPA2 9754 1905 3715 70336,1
 simazin4 1931 20333--
       
  ha    
       
Mechanische methoden     
w.v.handmatig schoffelen en wieden van sierplantsoen3 0993 0704 9673 2536,0
 borstelen van verhardingen1 9754 6008 2089 620109,1
       
Bron: CBS.CBS/MNC/dec07/0048
1) Inclusief middelen op basis van glyfosaat-trimesium.

Algemene ontwikkelingen

De overheid heeft in 2005 bijna 54 duizend kg chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt. Dit is 6,4 procent meer dan in 1995. Het gebruik bestaat vrijwel volledig uit onkruidbestrijdingsmiddelen en voor bijna tweederde deel uit middelen op basis van glyfosaat.
Tweederde deel van het gebruik aan chemische bestrijdingsmiddelen (36 duizend kg) is in 2005 toegepast op verhardingen en spoorbanen. Stedelijke beplantingen zijn met ruim 12 duizend kg goed voor een vijfde deel van het totale gebruik.
De overheid paste in 2005 meer mechanische onkruidbestrijding toe dan in 1995. De bestrijding van onkruid op verhardingen door borstelen is in deze periode ruim verdubbeld.

Chemische bestrijding op verhardingen en spoorbanen

In 2005 is op spoorbanen bijna 30 procent en op verhardingen bijna 12 procent meer chemische bestrijdingsmiddelen toegepast dan in 1995. Hiermee ligt het gebruik voor deze toepassingssectoren weer op het niveau van 1992.
De afspoeling van chemische bestrijdingsmiddelen van verhardingen krijgt de laatste tijd veel aandacht omdat deze middelen de drinkwaterkwaliteit kunnen aantasten als ze in het oppervlaktewater terecht komen. Desondanks is het gebruik van middelen op basis van glyfosaat op verhardingen tussen 1995 en 2005 bijna verdrievoudigd (van 10,5 naar 27,5 duizend kg). Het gebruik van middelen op basis van glyfosaat op spoorbanen is in deze periode met 3,5 duizend kg vrij stabiel.

Chemische bestrijding in stedelijke beplantingen

In 2005 is 12 duizend kg chemische bestrijdingsmiddelen in stedelijke beplantingen gebruikt. Dit is bijna 10 procent meer dan in 1995. Het gebruik van middelen op basis van dichlobenil is sinds 1995 gestegen van 5,5 naar 9,1 duizend kg. Dit terwijl het areaal plantsoen lijkt af te nemen door inzaaien van gras.

Chemische bestrijding op sportvelden

Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen op sportvelden is in 2005 gedaald naar 3,8 duizend kg. De belangrijkste middelen zijn op basis van MCPA. Een deel van de daling is slechts schijnbaar: in steeds meer gemeenten worden de sportvelden namelijk geprivatiseerd en door de sportverenigingen zelf beheerd en onderhouden. Deze sportvelden vallen hierdoor buiten het onderzoek.

Chemische bestrijding langs waterlopen

Al voor 1986 hebben de waterschappen een forse inspanning gepleegd om het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen langs waterlopen terug te dringen. Het gebruik van bestrijdingsmiddelen voor deze toepassing is beëindigd, nadat in 2000 de toelating van dalapon, het laatste nog ter beschikking staande middel, is ingetrokken. In 2005 is toch nog een beperkte hoeveelheid middelen gebruikt op basis van glyfosaat en MCPA.

Relevantie

Vooral door het afspoelen van verhardingen komen bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater terecht. Dit leidde begin jaren negentig enkele malen tot het stopzetten van de inname van oppervlaktewater voor de drinkwaterproductie, omdat te hoge concentraties van vooral diuron werden gemeten. Nu diuron niet langer toegelaten is gaat de aandacht bij Duurzame Onkruidbestrijding op Verhardingen (DOB methode) uit naar het voorkomen van normoverschrijdingen voor glyfosaat. Het overheidsbeleid is nu gericht op vermindering van de milieubelasting (duurzame gewasbescherming), terwijl dit in voorgaande jaren gericht was op vermindering van het gebruiksvolume.

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer informatie over het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen en de toepassing van alternatieve onkruidbestrijdingsmethoden door de overheid is te vinden in de databank StatLine van het CBS.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
De gegevens zijn afkomstig uit een CBS-enquête onder de overheidsinstellingen Rijkswaterstaat, het Ministerie van Defensie, Rail-Infrabeheer, provincies, waterschappen en gemeenten. Een methodische beschrijving van het onderzoek geeft het artikel Bestrijdingsmiddelengebruik door de overheid (CBS, 2006). Het gebruik door de overheid vormt veelal een deel van wat in de beschreven toepassingsectoren wordt toegepast. Zo blijft het gebruik door private beheerders van bedrijfsterreinen, door particulieren en sportverenigingen buiten beschouwing. In deze indicator is er voor gekozen om relatieve uitspraken te doen ten opzichte van het jaar 1995. Het jaar 2001 is het laatste jaar van het volumebeleid van de overheid. Het beleid voor duurzame gewasbescherming richt zich op vermindering van de milieubelasting ten opzichte van het jaar 1998.
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
08
Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Bestrijdingsmiddelengebruik door de overheid, 1986-2005 (indicator 0048, versie 04,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.