Koelwaterverbruik en warmtelozing door elektriciteitscentrales, 1981-2006

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

Ondanks een stijgende elektriciteitsproductie blijft de totale warmtelozing door elektriciteitscentrales via koelwater nog steeds dalen. De benodigde hoeveelheden koelwater fluctueren enigszins.

 Eenheid198119911996200120052006
        
Koelwaterverbruikmiljard m310,18,48,010,69,89,1
Elektriciteitsproductiemiljard kWh55,259,560,962,369,267,1
ElektriciteitsproductiePJ199214219225249242
BrandstofverbruikPJ529548532536593563
        
Totaal afgevoerde warmte1)PJ330334313311344322
Via koelwater afgevoerde warmte2)PJ297300262248266247
Gemiddeld koelwaterverbruikm3/kWh0,180,140,130,170,140,13
Gemiddelde temperatuurstijging °C7,08,67,85,66,56,5
van het koelwater       
        
Bron: CBS.CBS/MNC/nov08/0123
1) Totaal afgevoerde warmte = brandstofverbruik - elektriciteitsproductie.
2) Het verschil met totaal afgevoerde warmte betreft schoorsteen- en stralingsverliezen (circa 10%) en warmteleveringen.

Ontwikkelingen koelwaterverbruik

Elektriciteitscentrales gebruiken grote hoeveelheden oppervlaktewater voor koeling tijdens de productie van elektriciteit. De benodigde hoeveelheid koelwater hangt onder andere af van de lokale watertemperatuur van het oppervlaktewater. Is deze hoger dan is meer water nodig voor koeling omdat de temperatuur van het te lozen water niet te veel mag oplopen. Dit resulteert in een hoger gemiddeld koelwaterverbruik.
Los van de fluctuaties in het koelwaterverbruik, blijft de totale hoeveelheid via koelwater afgevoerde warmte licht dalen. Dit komt door een efficiënter brandstofverbruik bij de centrales en door leveringen van warmte in de vorm van warm water en/of stoom. Het hogere rendement is gerealiseerd door de toepassing van gasturbines in combicentrales en stoom- en gasturbines.

Relevantie

Afgezien van incidentele lozingen bevat koelwater nauwelijks verontreinigingen. Desondanks hebben koelwaterlozingen een negatieve invloed op het ontvangende oppervlaktewater. De grote opwarming van het oppervlaktewater kan leiden tot vissterfte als gevolg van een lager zuurstofgehalte. Verder leidt opwarming tot excessieve algengroei, de groei van blauwalgen en het optreden van botulisme. In warme en droge perioden kunnen situaties ontstaan waarbij de elektriciteitsproductie niet meer ongestoord kan plaatsvinden zonder overschrijding van koelwaternormen.

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer informatie over het verbruik van koelwater is te vinden op StatLine (CBS).

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Koelwaterverbruik en warmtelozing door elektriciteitscentrales.
Omschrijving
Het gebruik van koelwater en de lozing van warmte op het oppervlaktewater door de centrale opwekking van elektriciteit.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Berekeningswijze
De gegevens voor de periode tot en met 2001 zijn berekend op basis van de CBS-enquête Watervoorziening van industrie, delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, die om de vijf jaar werd gehouden. Een meer uitgebreidere toelichting geeft de tabeltoelichting bij de StatLine-tabel Watervoorziening industrie (div bedrijfsgr.), delfstoffenwinning en elek.centr. (CBS, 2003).
De gegevens voor de periode vanaf 2003 zijn tot stand gekomen door optelling van de individuele waterverbruikscijfers van de elektriciteitscentrales in de elektronische Milieujaarverslagen. Een uitgebreidere toelichting geeft de publicatie Milieurekeningen 2007 (CBS, 2008b).
De gegevens over de inzet van brandstoffen en de totale elektriciteitsproductie zijn afkomstig van de Energiestatistieken (CBS, 2008a). De gebruikte cijfers wijken af van die in de indicator Bruto elektriciteitsproductie en inzet energiedragers, 1998-2022. Bij die indicator worden alleen de fossiele brandstoffen en de netto elektriciteitsproductie opgegeven.
Basistabel
Cijfers tot en met 2001: StatLine: Watervoorziening industrie( div bedrijfsgr.), delfstoffenwinning en elek.centr. (CBS, 2003).
Cijfers vanaf 2003: Milieurekeningen 2007 (CBS, 2008b).
Geografische verdeling
Nederland.
Verschijningsfrequentie
Tot en met 2001 elke vijf jaar. Vanaf 2003 jaarlijks.
Achtergrondliteratuur
Milieurekeningen 2007 (CBS, 2008b).
Betrouwbaarheidscodering
B (schatting op basis van een groot aantal zeer accurate metingen waarbij de representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is)

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Koelwaterverbruik en warmtelozing door elektriciteitscentrales, 1981-2006 (indicator 0123, versie 06,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.