Vinddatum eerste kievitsei in Friesland, 1897-2013

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Het eerste kievitsei is de afgelopen honderd jaar steeds vroeger in het jaar gevonden. Aanvankelijk kwam dat door intensivering van de landbouw, tegenwoordig is de klimaatverandering een mogelijke verklaring.

Eerste kievitsei steeds vroeger

Het eerste kievitsei wordt in Friesland steeds vroeger in het jaar gevonden (eerste tabblad). Dat wijst erop dat kieviten steeds eerder in het voorjaar zijn gaan broeden. Tot ongeveer 1970 kwam dat vooral door de verhoging van de mestgift op grasland en door ontwatering, waardoor de bodemprocessen eerder op gang kwamen en het gras sneller groeide. De kieviten hebben zich hieraan aangepast door eerder te gaan broeden (Beintema et al., 1985, 1995).

Klimaatverandering

De vervroeging van de eileg na 1970 komt waarschijnlijk door het warmer worden van het klimaat. Na 1970 is de gemiddelde temperatuur in ons land sneller gaan stijgen (tweede tabblad). Door de hogere temperaturen komt het groeiseizoen nog eerder op gang en vinden de kieviten eerder voedsel en dekking in de weilanden.
De vervroeging van de vinddatum van het eerste kievitsei komt overeen met eerder onderzoek naar de vervroeging van de ringdatum van kievitskuikens. Daaruit kwam overigens naar voren dat de vervroeging van de gemiddelde datum van de legpiek nog sterker is dan van de vinddatum van het eerste kievitsei.

Regelgeving

Het zoeken en rapen van kievitseieren is aan een aantal regels gebonden. Tussen 1 maart en 9 april kan de Minister een periode vaststellen, waarbinnen de provincies ontheffing van het verbod van het rapen van de eieren kunnen verlenen. Een verbod op het rapen beïnvloedt overigens niet de vinddatum van het eerste kievitsei, omdat er wel gezocht mag worden. Op 1 maart van 2006 is een aangepaste ontheffing van de provincie Friesland voor het rapen van kievitseieren ingegaan. Die regelt dat geregistreerde eierzoekers van de Bond van Friese Vogelbeschermingswachten van 1 maart tot 1 april, maximaal 15 eieren per persoon mogen rapen, mits zij daarna bijdragen aan weidevogelbescherming.

Bronnen

  • Anoniem (2004). Vinddata en plaatsen van het eerste kievitsei sinds 1900. Enkhuizer Almanak.
  • Both, C., T. Piersma en S.P. Roodbergen (2005). Climatic change explains much of the 20th century advance in laying data of Northern Lapwing Vanellus vanellus in the Netherlands, Ardea 93: 79-88.
  • Beintema, A.J., R.J. Beintema-Hietbrink en G.J.D.M. Müskens (1985). A shift in the timing of breeding in meadow birds. Ardea 73(1), 83-89.
  • Beintema, A., O. Moedt en D. Ellinger (1995). Ecologische atlas van de Nederlandse weidevogels. Haarlem.
  • KNMI (2009). Jaaroverzicht van het weer in Nederland. KNMI, De Bilt jrg 106 (13) [plus eerdere en volgende jaaroverzichten].
  • Kruk, M. (1992). De vinddatum van het eerste kievitsei in de loop der jaren en in relatie tot de wintertemperatuur. Vanellus XLV (4), 92-96.
  • Visser, H. (2004). Estimation and detection of flexible trends. Atm. Environment 38, 4135-4145.
  • Visser, H. (2005). The significance of climate change in the Netherlands. RIVM rapport 550002007/2005.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Vinddatum eerste kievitsei in Friesland
Omschrijving
Vinddatum eerste kievitsei van 1900-2008
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
De gegevens over de vinddatum van het eerste kievitsei zijn afkomstig van een artikel in het tijdschrift Ardea (2004). Het betreft de data van de vondst van het eerste kievitsei in Friesland. In de loop der jaren wordt er steeds meer buiten Friesland naar het eerste kievitsei gezocht. Om het effect van vervroeging door dit verschijnsel uit te sluiten, zijn alleen de gegevens van de provincie Friesland gebruikt. Latere vinddata (na 2003) zijn afkomstig van nieuwsberichten in dagbladen en op internet.De jaren 1913 t/m 1918 in bovenstaand artikel zijn onjuist, ze zijn m.b.v. de auteurs verbeterd.Het jaar 2001 is niet in de berekening betrokken, omdat er uit dat jaar vanwege de MKZ crisis geen datum bekend is. De stippen in beide figuren zijn de meetwaarden. Door deze meetwaarden is met behulp van het programma TrendSpotter (Visser 2004) een flexibele trend berekend (de doorgetrokken lijn). Het gekleurde vlak geeft het 95% betrouwbaarheidsinterval van de trendlijn aan.
Basistabel
Zie tabblad figuurdata onder download figuurdata. Hierin is ook een tabblad met de vindplaatsen en data van Nederland.
Geografische verdeling
Friesland
Verschijningsfrequentie
jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Anoniem (2004). Vinddata en plaatsen van het eerste kievitsei sinds 1900. Enkhuizer Almanak

Both, C., T. Piersma en S.P. Roodbergen (2005). Climatic change explains much of the 20th century advance in laying data of Northern Lapwing Vanellus vanellus in the Netherlands, Ardea 93: 79-88.
Betrouwbaarheidscodering
D. Schatting, gebaseerd op een aantal metingen, expert judgement, een aantal relevante feiten of gepubliceerde bronnen terzake.

Archief van deze indicator

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Vinddatum eerste kievitsei in Friesland, 1897-2013 (indicator 1118, versie 10,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.