Klimaatverandering

De opwarming van de aarde is het gevolg van een optelsom van invloeden: de in de atmosfeer aanwezige broeikasgassen, de zon, de vulkanen en natuurlijke schommelingen binnen het klimaatsysteem (met name veroorzaakt door oceanen).

De meeste wetenschappers zijn het er over eens dat de mens dit broeikaseffect beïnvloedt. Door het verbruiken van fossiele brandstoffen (kolen, olie, gas) en grootschalige landgebruik neemt in de atmosfeer de concentratie toe van broeikasgassen zoals kooldioxide (CO2), methaan (CH4) en lachgas (N2O). In het vijfde klimaatrapport van het IPCC uit 2014 staat dat het extreem waarschijnlijk is (meer dan 95% zeker) dat meer dan de helft van de opwarming sinds 1951 is veroorzaakt door de mens.

De voorspelde effecten van klimaatverandering op lokale en regionale schaal zijn onzekerder dan de gemiddelde uitkomsten voor de aarde als geheel. Dat maakt het lastiger om de effecten voor bijvoorbeeld Nederland of een gebied binnen Nederland goed te voorzien. Wel is het zo dat de opwarming in de buurt van de polen sneller gaat dan in de tropen. In Siberië is de temperatuur al 3 graden Celsius hoger dan aan het begin van de industriële revolutie. Over het algemeen warmt het boven land sneller op dan boven de oceaan. Nu al is geconstateerd dat Nederland tweemaal sneller opwarmt dan de gemiddelde temperatuur in de hele wereld.