Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen, 1998-2006

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De milieubelasting van het oppervlaktewater door gewasbeschermingsmiddelen uit de landbouw is in 2006 met ruim 85% gedaald ten opzichte van 1997-1999. In 2006 nam de milieubelasting met ongeveer 10% af ten opzichte van 2005. De milieubelasting van het bodemecosysteem, het terrestrisch ecosysteem en het grondwater over de periode 1998-2006 is ook gedaald, maar de reductie is lager dan die van de belasting van het oppervlaktewater.

Belasting oppervlaktewater door gewasbeschermingsmiddelen fors afgenomen sinds 1998

De berekende milieubelasting van het oppervlaktewater door gewasbeschermingsmiddelen uit de landbouw was in 2006 ruim 85% lager dan in 1997-1999. Daarmee is voldaan aan het tussendoel van de nota Duurzame gewasbescherming (LNV, 2004) van 75% reductie ten opzichte van 1998.

De reductie is vooral het gevolg van het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij. Driekwart van de reductie is bereikt doordat telers hun bedrijfsvoering hebben aangepast, onder andere door emissiereducerende apparatuur en door stroken land langs het oppervlaktewater niet te betelen (teeltvrije zones). Het resterende kwart van de reductie is gerealiseerd door veranderingen in het pakket toegelaten middelen voor gewasbeschermingsmiddelen. De milieuwinst is vooral gehaald tussen 1998 en 2001.

Milieubelasting oppervlaktewater in 2006 met tien procent afgenomen ten opzichte van 2005

In 2006 is de berekende milieubelasting van het oppervlaktewater door gewasbeschermingsmiddelen met ongeveer 10% gedaald ten opzichte van 2005 (MNP, 2008). De daling komt doordat minder milieubelastende stoffen zijn gebruikt. Het doel voor 2010 is een afname van de milieubelasting door de land- en tuinbouw van 95% ten opzichte van 1998. Dit komt overeen met een daling van ruim 60% ten opzichte van 2005.

Ondanks de sterke daling van de milieubelasting door gewasbeschermingsmiddelen wordt de ecologische norm voor gewasbeschermingsmiddelen nog regelmatig overschreden. Nieuwe meetresultaten laten zien dat ook in de jaren 2005 en 2006 op ongeveer 50% van de meetlocaties de waterkwaliteitsnormen voor oppervlaktewater werden overschreden.

Belasting van bodem en grondwater met bestrijdingsmiddelen

De milieubelasting van het bodemecosysteem (leven in de bodem), het terrestrisch ecosysteem (dieren die voedsel zoeken op behandelde akkers) en het grondwater door gewasbeschermingsmiddelen uit de landbouw is gedaald, maar de reductie ten opzichte van 1998 is met respectievelijk 78%, 22% en 56% lager dan die van oppervlaktewater, omdat driftbeperkende maatregelen geen effect hebben op deze milieucompartimenten (MNP, 2007).

Beleid gewasbeschermingsmiddelen

Het gewasbeschermingsmiddelenbeleid wordt beschreven in de Nota Duurzame gewasbescherming (LNV, 2004). Hierin is een algemene milieukwaliteitsdoelstelling geformuleerd dat in 2010 geen overschrijdingen van het MTR in het oppervlaktewater meer mogen voorkomen. Als twee operationele doelstellingen voor de ecologische kwaliteit van het oppervlaktewater zijn opgenomen:

  • in 2005 een reductie van de milieubelasting met 75% ten opzichte van 1998.
  • in 2010 een reductie van de milieubelasting met 95% ten opzichte van 1998.


Het gebruik van bestrijdingsmiddelen, zowel binnen als buiten de landbouw, leidt ook tot knelpunten bij de bereiding van drinkwater uit grond- en oppervlaktewater. Doelstelling is om in 2005 het aantal knelpunten bij de bereiding van drinkwater uit oppervlaktewater met 50% te reduceren ten opzichte van 1998, en in 2010 met 95% ten opzichte van 1998. Volgens de Kaderrichtlijn Water mogen er in 2015 geen knelpunten meer voorkomen.

Bronnen

Relevante informatie

  • [dossier=nl0015]

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen
Omschrijving
Milieubelasting oppervlaktewater, terrestrisch ecosysteem, bodemecosysteem en grondwater met gewasbeschermingsmiddelen.
Verantwoordelijk instituut
Planbureau voor de Leefomgeving
Berekeningswijze
Op basis de methode beschreven in : Linden AMA van der, Groenwold JG, Kruijne R, Luttik R, Merkelbach RCM. (2008). Dutch Environmental Indicator for plant protection products, version 2. Input, calculation and aggregation procedures. RIVM rapport 607600002. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven. (chronische milieubelasting).
Basistabel
In beheer bij RIVM/LER, Bilthoven, Ton van der Linden.
Geografische verdeling
Nederland, 5 x 5 km
Andere variabelen
Emissie in kg/jaar per landbouwsector
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Linden, AMA van der, et. al. (2006). Evaluatie duurzame gewasbescherming 2006: milieu. RIVM rapport 607016001. RIVM, Bilthoven.Linden AMA van der, Groenwold JG, Kruijne R, Luttik R, Merkelbach RCM. (2008). Dutch Environmental Indicator for plant protection products, version 2. Input, calculation and aggregation procedures. RIVM rapport 607600002. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven. (chronische milieubelasting).
Betrouwbaarheidscodering
-

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen, 1998-2006 (indicator 0548, versie 01,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.