Aandeel grote vissen en visserijdruk, 1970-2009

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Het aandeel grotere vissen in zee is de laatste decennia afgenomen.

Verschuiving van lengtesamenstelling

Er is een verschuiving opgetreden in de lengtesamenstelling van de visgemeenschap in de Noordzee. Dit blijkt uit boomkorsurveys die jaarlijks worden uitgevoerd op het Nederlands Contentaal Plat (NCP). In deze survey, bestond vóór 1980 meer dan 30% van het vangstgewicht uit vissen groter dan 25 cm. Dat percentage is in de periode daarna flink afgenomen. Het vijfjarig gemiddelde is in de laatste jaren echter wel gestabiliseerd en laat zien dat 8% van de vispopulatie uit vis groter dan 25 cm bestaat. Verschuivingen in de lengtesamenstelling van een vispopulatie kunnen meer oorzaken hebben: een werkelijke verandering van de leeftijdsopbouw van de visgemeenschap, doordat de visserij grote individuen heeft verwijderd of door een genetische verandering. Maar een oorzaak kan ook zijn migratie van grotere vissen naar andere gebieden. Zo is bijvoorbeeld de verspreiding van schol veranderd, dit is gedeeltelijk aan de veranderingen in klimaat gerelateerd.

Genetische aanpassing

Een internationaal team van dertien visserijinstituten, waaronder IMARES, heeft een studie verricht naar druk van de visserij op de vissoorten in de zee. Visserij is een belangrijke oorzaak van sterfte onder zeevispopulaties, zoals kabeljauw, schol, schelvis en tong. De meeste typen visserij richten zich op de grotere individuen van een soort. De gebruikte vangstmethoden zorgen er daarom voor dat exemplaren die klein van stuk zijn meer overlevingskansen hebben. Dat betekent dat soorten die niet groot worden alsmede kleinere individuen van grote soorten een grotere overlevingskans hebben. De individuen die op een kleinere lengte of op een jeugdigere leeftijd geslachtsrijp zijn, hebben meer kans om zich voort te planten. Het genetisch materiaal van deze soorten heeft dus een grotere kans zich te verspreiden in de populatie, waardoor meer individuen op een kleinere lengte of een jeugdigere leeftijd gaan paaien. Dit kan leiden tot een genetische verandering van de gehele populatie waardoor de verhouding tussen grote en kleine vis verandert. Deze vrijwel onomkeerbare veranderingen voltrekt zich over tijdsspannen van enkele decennia en verloopt veel sneller dan wetenschappers eerder dachten.

Bronnen

  • Daan, N., H. Gislason, J.G. Pope and J.C. Rice (2005) Changes in the North Sea fish community: evidence of indirect effects of fishing? ICES Journal of Marine Science, 62: 177-188
  • Heessen, H.J.L., H.C. Welleman, N. Daan, A.C. Smaal en G.J. Piet (2001). Bijdrage RIVO aan Natuurcompendium 2001. Nederlands Instituut voor Visserijonderzoek RIVO. Intern rapport C058/01. IJmuiden.
  • Knijn, R.J., T.W. Boon, H.J.L. Heessen en J.R.G. Hislop (1993). Atlas of North Sea Fishes. ICES Cooperative Research Report No. 194, 268 pp

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Aandeel grote vissen
Omschrijving
Aandeel van vissen groter dan 25 cm in de vangst op basis van biomassa
Verantwoordelijk instituut
IMARES (Ingeborg de Boois)
Berekeningswijze
De biomassa wordt berekend aan de hand van lengte-gewichtrelaties die uit de literatuur of uit eigen data bekend zijn. De hoeveelheid vis > 25 cm is uitgedrukt als percentage van de totale hoeveelheid gevangen vis per jaar.
Basistabel
SNS 1969-2009, 3e/4e kwartaal. 2003 ontbreekt omdat in 2003 alleen een bemonstering in het voorjaar is uitgevoerd.
Geografische verdeling
NL kustzone
Andere variabelen
Datum, tijd, vispositie, beviste afstand, trekduur, temperatuur, lengte vis (alle vissoorten), epifauna (aantallen), leeftijdsgegevens diverse vissoorten.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Heessen, H.J.L., H.C. Welleman, N. Daan, A.C. Smaal en G.J. Piet (2001). Bijdrage RIVO aan Natuurcompendium 2001. Nederlands Instituut voor Visserijonderzoek RIVO. Intern rapport C058/01. IJmuiden.
Knijn, R.J., T.W. Boon, H.J.L. Heessen en J.R.G. Hislop (1993). Atlas of North Sea Fishes. ICES Cooperative Research Report No. 194, 268 pp
Opmerking
Bij de update in 2010 (tot en met 2009) zijn de noordelijkse raaien uit de analyse verwijderd, aangezien deze sinds 1994 niet meer bemonsterd zijn. Dit heeft geen consequenties op de patronen, maar wel op de biomassa-gegevens tot en met 1994.
Betrouwbaarheidscodering
C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
11
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
10
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Aandeel grote vissen en visserijdruk, 1970-2009 (indicator 1247, versie 07,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.