Opgaand groen, 2022
De variatie in de hoeveelheid opgaand groen in het Nederlandse landschap is voor een belangrijk deel terug te leiden tot de eigenschappen van de ondergrond. Het meeste opgaand groen is te vinden op de hogere zandgronden. Onder opgaand groen vallen bossen en andere beplantingen die bestaan uit bomen en/of struiken. Deze zijn in ecologisch, historisch en visueel opzicht van groot belang voor het landschap en de beleving daarvan.
Zandgebieden als hotspots voor opgaand groen
De grootste concentraties opgaand groen vinden we in Nederland op de zandgronden, denk aan de Veluwe en de kleinschalige landschappen in het oosten van het land en in Noord-Brabant en Limburg. Het opgaand groen bestaat daar uit bossen en bosjes die onderling verbonden zijn met lijnvormige elementen, zoals bomenrijen, hagen en houtwallen. De grootste aaneengesloten bosgebieden liggen op de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug. De kuststrook bevat ook veel wat kleinere bossen. In de meer open landschappen beperkt het opgaand groen zich vooral tot losse bomen en bomenrijen, langs wegen en waterlopen. In de zeer open (klei)gebieden speelt de erfbeplanting een grote rol, soms het enige opgaand groen in de wijde omgeving.
Onvolledig beeld
De indicator 'opgaand groen' is gebaseerd op de BRT Top10NL. Deze bron is echter beperkt bruikbaar voor monitoring, omdat het opgaand groen op een deel van de erven in het buitengebied hierin ontbreekt. Ook is het niet mogelijk om verbeteringen in het bestand te onderscheiden van werkelijke veranderingen. Hierdoor zit er een relatief grote foutmarge in de cijfers voor opgaand groen in de Monitor Landschap. Op dit moment is er geen betere landelijke bron beschikbaar.
Bronnen
- Indicator opgaand groen uit de Monitor Landschap:
Relevante informatie
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
Opgaand groen
- Omschrijving
Hoeveelheid opgaand groen in Nederlandse landschap
- Verantwoordelijk instituut
Wageningen Environmental Research;
Auteur: Paul Peter Kuiper (Kadaster) & Gerrit Jan van Herwaarden (Landschappen-NL)- Berekeningswijze
Om ontwikkeling van struik- en boomvormige opstanden te kunnen monitoren is onderzocht welke bron uniform van kwaliteit is en tevens langjarig beschikbaar is. De TOP10NL uit de BasisRegistratie Topografie voldoet op dit moment als enige bron aan deze beide criteria. Daarbij moet worden opgemerkt dat ook de TOP10NL belangrijke eigenschappen heeft die de gewenste analyses voor de Indicator Opgaand Groen nadelig beïnvloeden. Specifieke inwinningscriteria van de TOP10NL zorgen er bijvoorbeeld voor dat kleine oppervlaktes en korte lijnvormige elementen niet op de kaart staan. Ook ontbreken veel individuele bomen. Deze nadelige eigenschappen werden onder andere aangetroffen op basis van een vergelijking van de TOP10NL met 100 detailkarteringen afkomstig uit het Meetnet Kleine Landschapselementen van Landschappen NL. Vanwege het ontbreken van alternatieve bronnen is besloten om de TOP10NL als basis voor de Indicator Opgaand Groen te gebruiken.
- Basistabel
Niet van toepassing
- Geografische verdeling
Nederland
- Verschijningsfrequentie
Tweejaarlijks
- Betrouwbaarheidscodering
C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Opgaand groen, 2022 (indicator 2203, versie 02,