Fotochemische luchtverontreiniging: beleid

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

Het beleid op het terrein van de fotochemische luchtverontreiniging beoogt schadelijke effecten van deze vorm van luchtverontreiniging op de gezondheid van mens en milieu te voorkomen of te verminderen. De inzet van het beleid is tweeledig. Het beoogt in de eerste plaats de luchtkwaliteit te verbeteren. Verder zijn er afspraken om de emissies van een aantal stoffen die bijdragen aan de ozonvorming, te verminderen.

Regelgeving

De schadelijke effecten van fotochemische luchtverontreiniging op leefniveau zijn in een vroeg stadium door de Europese Commissie onderkend. Al in 1992 is de ozonrichtlijn 92/72/EEC aangenomen. Deze richtlijn is sindsdien aangepast en aangescherpt tot de derde Europese dochterrichtlijn voor ozon. Deze richtlijn is op 9 maart 2002 aangenomen en is met ingang van 9 september (!) 2003 in Nederland van kracht.

Op 21 mei 2008 is de herziene Europese richtlijn voor luchtkwaliteit van kracht geworden. Deze bevat ook de doelstellingen voor ozon. Behalve een stroomlijning van de rapportageverplichtingen heeft de nieuwe richtlijn geen gevolgen voor het beleid voor ozon. De streefwaarden en langetermijndoelstellingen zijn niet gewijzigd al is de streefdatum voor het bereiken van de langetermijndoelstelling nu niet nader bepaald (dit was voorheen 2020).

De Europese streefwaarde voor blootstelling van de bevolking aan hoge concentraties ozon (O3) bedraagt 120 µg/m3 voor de hoogste 8-uursgemiddelde ozonconcentratie per dag. Deze concentratie mag vanaf 2010, gemiddeld over drie jaar, niet vaker dan 25 dagen per kalenderjaar worden overschreden. De doelstelling voor de lange termijn is dat de hoogste 8-uursgemiddelde ozonconcentratie op geen enkele dag in een kalenderjaar meer boven de 120 µg/m3 komt.

   

Emissies

Voor een aantal stoffen die bijdragen aan de ozonvorming, zoals stikstofoxiden (NOx) en vluchtige organische stoffen (VOS), zijn emissiedoelstellingen geformuleerd in het kader van de Europese richtlijn voor nationale emissieplafonds (NEC-richtlijn; EU, 2001) en het Gothenborg protocol (UNECE, 1999). In de NEC-richtlijn zijn afspraken gemaakt voor de emissieplafonds in 2010. De Europese Commissie werkt nu, samen met de lidstaten, aan een herziening van de NEC-richtlijn. De herziene versie zal een tijdpad hebben tot 2020. In de 'Aanpak Luchtkwaliteit 2005' (VROM 2005) zijn plannen gepresenteerd om de problemen met de luchtkwaliteit het hoofd te bieden. Het bevat maatregelen die in hoofdzaak gericht zijn op het terugdringen van de emissies van verkeer maar ook van die van de sectoren landbouw en industrie. Binnen de UNECE wordt momenteel gewerkt aan een herziening van het Gothenburg-protocol. Het herzieningsproces van de NEC-richtlijn is vertraagd, onduidelijk is wanneer deze zal worden vastgesteld. De herziening van het Gotenburg- protocol staat gepland voor 2010.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Fotochemische luchtverontreiniging: beleid
Omschrijving
Korte schets van beleid tav fotochemische luchtverontreiniging in Nederland, de Europese Unie en UNECE
Verantwoordelijk instituut
PBL
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
wanneer nodig
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
05
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Fotochemische luchtverontreiniging: beleid (indicator 0529, versie 03,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.