Afval

Samenstelling van huishoudelijk restafval, 1940-2001

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
  1940 1958 1971 1980 1990 1995 1999 2000 2001*
                   
  miljoen kg
Totale hoeveelheid2) . . 3 110 4 090 4 600 3 430 3 815 3 935 3 912
                   
  gewichtsprocent
GFT, brood, dierlijk afval en ongedefinieerd restafval 64 56 52 53 52 38 36 32 38
Papier en karton 22 20 26 21 25 34 33 32 30
Kunststoffen 0 0 5 7 8 11 12 12 13
Glas 1 2 10 12 5 4 3,5 5 3,5
IJzer 2 2 3 3 3 4 4 4 3
Non-ferro metalen 0 0 0 0,5 0,7 0,5 0,7 0,7 1
Textiel 2 1 2 2 2 3 3,5 3 3,5
Bijzonder afval/KCA 0 0 . 0,2 0,5 0,6 0,7 0,5 0,5
Overig 1) 9 19 2 2 4 6 6,5 11 7,5
                   
Bron: SVA (1980); Gemeente Rotterdam; CBS; RIVM RIVM/MC/okt02
1) Voornamelijk hout, keramiek, tapijt, leer en rubber. Tot in de jaren zestig relatief veel kolenas.
2) Het restafval omvat het afval van huishoudens dat niet gescheiden, via vuilniszakken of grijze containers, wordt ingezameld.

Ontwikkeling samenstelling huishoudelijk restafval

Na invoering van de glasbak (rond 1980) is het aandeel glas in het huishoudelijk restafval gedaald van 12% naar 4 à 5 % in de jaren negentig. De hoeveelheid huishoudelijk restafval nam tussen 1990 tot 1995 aanzienlijk af, vooral als gevolg van de gescheiden inzameling van groente- fruit- en tuinafval (GFT-afval). Hierdoor is de samenstelling van het restafval aanzienlijk veranderd. Sinds 1995 is de gescheiden inzameling van GFT-afval gestabiliseerd en nam de hoeveelheid huishoudelijk restafval voordurend toe. In 2001 is de hoeveelheid voor het eerst sinds 1995 niet meer toegenomen.

Referenties

  • NVRD (1960). Technisch maandblad voor gemeentereiniging, vervoerswezen en ontsmetting. Nederlandse Vereniging van Reinigingsdirecteuren, Den Haag.
  • SVA (1980). Beperking en hergebruik van afval van partikuliere huishoudingen. Stichting Verwijdering Afvalstoffen, Amersfoort.
  • CBS (2002). Statline. Gemeentelijke afvalstoffen; hoeveelheden. CBS, Voorburg/Heerlen.
  • RIVM (2002). Onderzoek naar de fysische samenstelling van het Nederlandse huishoudelijke restafval in 2000 en 2001. RIVM, Bilthoven.

Relevante informatie

  • Meer informatie over huishoudelijk afval is te vinden op Statline (CBS)

Archief van deze indicator

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2002). Samenstelling van huishoudelijk restafval, 1940-2001 (indicator 0141, versie 03 , 23 september 2002 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.

Het CLO is een samenwerkingsverband van CBS, PBL, RIVM en WUR.