Ruimtelijke ontwikkelingen in reserveringsgebieden 'Ruimte voor de Rivier', 2000 - 2012

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

In de meeste reserveringsgebieden in het kader van de PKB Ruimte voor de Rivier is het aantal nieuwe woningen in de periode 2000-2012 licht toegenomen. Uitzonderingen zijn de reserveringsgebieden 'Berging Volkerak-Zoommeer' en 'Bypass Zutphen'; hier is het aantal nieuwe woningen in de periode 2004-2008 relatief sterk toegenomen. Deze nieuwbouw is echter eerder aangevangen dan de inwerkingtreding van de PKB.

Reserveringsgebieden als veiligheid tegen overstromingen

Het Rijk wil in het gebied van de grote rivieren de veiligheid tegen overstromen handhaven. In de PKB Ruimte voor de rivier deel IV (V&W, 2006) zijn reserverings- gebieden aangewezen. In deze reserveringsgebieden worden de komende 10 jaar nieuwe grootschalige of kapitaalintensieve ruimtelijke ontwikkelingen geweerd. De PBK is vanaf 26 januari 2007 in werking getreden (Staatscourant 2007).

Het aantal woningen in de reserveringsgebieden is in de periode 2000 - 2012 licht toegenomen

Het aantal nieuwe woningen in reserveringsgebieden is in de periode 2000 - 2012 licht toegenomen. Het gaat om kleine absolute aantallen. Uitzonderingen zijn de reserveringsgebieden 'Berging Volkerak Zoommeer' en 'Bypass Zutphen"; hier is in de periode 2004 - 2008 wel een relatief sterk groei geweest van het aantal nieuwe woningen.
Het aantal woningen in de reserveringsgebieden 'Ruimte voor de rivier' binnen bestaan bebouwd gebied is vrijwel constant gebleven (150 in 2000 en 148 in 2010). Buiten bestaand bebouwd gebied is het aantal nieuwe woningen wel relatief sterk toegenomen met name in de periode 2004-2006 (78) en 2006-2008 (36). Deze toename betreft vooral de nieuwbouw in twee reserveringsgebieden 'Berging Volkerak-Zoommeer' en 'Bypass Zutphen'. In de periode 2008-2012 is het aantal nieuwe woningen in reserveringsgebieden beperkt tot 15.

Beleidsdoelstellingen Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

Deze indicator verwijst naar de volgende doelen en nationale belangen:

  • Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuur-historische waarden behouden zijn (leefbaar en veilig)
  • Nationaal belang: Ruimte voor waterveiligheid, een duurzame zoetwatervoorziening en kaders voor klimaatbestendige stedelijke (her)ontwikkeling

Bronnen

  • CBS (2013), Woningregistratie 2012
  • VenW (2006), PKB ruimte voor de rivier deel IV, Den Haag: Ministerie van Verkeer en Waterstaat.
  • IenM (2012), Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte, Den Haag: Ministerie van Infrastructuur en Milieu.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Ruimtelijke ontwikkelingen in reserveringsgebieden Ruimte voor de Rivier
Omschrijving
Ontwikkeling woningen in reserveringsgebieden 'Ruimte voor de Rivier' en in reserveringsgebieden voor de Maas.
Verantwoordelijk instituut
Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)
Berekeningswijze
De begrenzingen van de reserveringsgebieden zijn uit de PKB deel 4 Ruimte voor de Rivier, voor de Maas is alleen het oostelijke deel van de Beerze Overlaat aangehouden.. Binnen de reserveringsgebieden zijn door het CBS woningen ingeteld aan de hand van Woningregistratie 2012. Het onderscheid binnen en buiten bestaand bebouwd gebied is gemaakt op basis van het bestand Bestaand bebouwd gebied 2000 (VROM, 2002, gecorrigeerde versie)
Basistabel
-
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
Ruimtelijke reserveringsgebieden in het Maasstroomgebied zijn niet opgenomen in de figuur 'Reserveringsgebieden PKB ruimte voor de Rivier'.
Betrouwbaarheidscodering
-

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Ruimtelijke ontwikkelingen in reserveringsgebieden 'Ruimte voor de Rivier', 2000 - 2012 (indicator 2041, versie 05,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.