Gevaarlijk afval per verwerkingswijze, 1990-2018

Na een sterke stijging vanaf 1990 stabiliseert de hoeveelheid vrijgekomen gevaarlijk afval zich rond 2004. Door een andere classificering van het gevaarlijk afval (tot en met 2004 op basis van het Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen (BAGA), vanaf 2005 op basis van Eural) en door wijzigingen in de monitoring is er geen goede vergelijking mogelijk tussen de verdelingen in deelstromen tussen 2007 en de jaren er voor.

Ongeveer 60% van het gemeld gevaarlijk afval nuttig gebruikt

Ongeveer 60% van het gemeld gevaarlijk afval wordt de laatste jaren nuttig toegepast. Bij het interpreteren van de bovenstaande gegevens moet rekening worden gehouden met de wijzigingen in definities zoals vastgelegd in het Landelijk afvalbeheerplan en wijzigingen in de manier van monitoring. Als gevolg hiervan is bijvoorbeeld het meestoken in een elektriciteitscentrale verhuisd van 'verbranden' naar 'nuttige toepassing'.

Ontwikkeling vrijkomen gevaarlijk afval

Na een sterke stijging vanaf 1990 stabiliseert de hoeveelheid vrijgekomen gevaarlijk afval zich rond 2004. Met de invoering van de Europese Afvalstoffenlijst (Eural) in 2005 heeft een verandering plaatsgevonden in het onderscheid tussen gevaarlijk en niet gevaarlijk afval. Hierdoor heeft een verschuiving plaatsgevonden in de verdeling wel/niet gevaarlijk afval en daarmee ook in de verdeling van verwerkingsopties. Door de introductie van de Eural en de vernieuwing van de monitoring vanaf 2006 en in 2007 is er geen goede vergelijking mogelijk van gegevens vanaf 2007 met eerdere jaren.

Bronnen

  • VROM (2002). Informatiedocument gevaarlijk afval 1998-2000. Ministerie van VROM, Den Haag.
  • VROM (2002a). Europese afvalstoffenlijst (Eural) vervangt Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen (BAGA) op 1 januari 2002. Ministerie van VROM, Den Haag.
  • VROM (2002b). Europese afvalstoffenlijst. Ministerie van VROM, Den Haag.
  • Rijkswaterstaat (2020). Nederlands afval in cijfers, 2006-2016. Rijkswaterstaat-Leefomgeving, Utrecht.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Gevaarlijk afval per verwerkingswijze
Omschrijving
Ontwikkeling van de hoeveelheden gemeld gevaarlijk afval naar verwerkingswijze
Verantwoordelijk instituut
Rijkswaterstaat
Berekeningswijze
VROM (2002). Informatiedocument gevaarlijk afval 1998-2000. Ministerie van VROM, Den Haag.
VROM (2002a). Europese afvalstoffenlijst (Eural) vervangt Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen (BAGA) op 1 januari 2002. Ministerie van VROM, Den Haag.
VROM (2002b). Europese afvalstoffenlijst. Ministerie van VROM, Den Haag.
Rijkswaterstaat (2020). Nederlands afval in cijfers, 2006-2016
Basistabel
-
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
jaarlijks
Achtergrondliteratuur
VROM (2002). Informatiedocument gevaarlijk afval 1998-2000. Ministerie van VROM, Den Haag.
VROM (2002a). Europese afvalstoffenlijst (Eural) vervangt Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen (BAGA) op 1 januari 2002. Ministerie van VROM, Den Haag.
VROM (2002b). Europese afvalstoffenlijst. Ministerie van VROM, Den Haag.
Rijkswaterstaat (2020). Nederlands afval in cijfers, 2006-2016
Opmerking
Wijziging in definitie vanaf 2005 door invoering Eural (Europese afvalstoffenlijst):
Met ingang van 2005 vinden de meldingen plaats op basis van Euralcodes en daarmee heeft er tevens een wijziging plaatsgevonden in de aanduiding of een afvalstroom wel of niet gevaarlijk is (VROM, 2002a). Als gevolg van deze wijziging is vanaf 2005 meer afval als gevaarlijk aangeduid. Tevens blijkt de verwerkingswijze te zijn veranderd voor het totaal aan gevaarlijk afval.
Betrouwbaarheidscodering
Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
10
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
03

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Gevaarlijk afval per verwerkingswijze, 1990-2018 (indicator 0209, versie 10,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.