Fietsgebruik, 2000-2016
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Tussen 2000 en 2016 nam het aantal gefietste kilometers van inwoners van Nederland toe van 13,9 miljard naar 15,5 miljard (+18 procent). In 2016 werd 16 procent hiervan, bijna 2 miljard kilometer, afgelegd met een elektrische fiets. Van alle verplaatsingen tot 7,5 kilometer gebeurt 34 procent met de fiets. Stedelijke gebieden in Nederland verschillen onderling sterk in de mate van fietsgebruik.
Aantal fietskilometers is sinds 2000 met 18 procent toegenomen
In 2016 legden de inwoners van Nederlanders (van 12 jaar en ouder) ongeveer 15,5 miljard kilometer met de fiets af. Dit is 18 procent meer dan in het jaar 2000. Het gebruik van de elektrische fiets (e-fiets) is de laatste jaren sterk in opkomst: in 2016 werd, in ruim 400 miljoen verplaatsingen, bijna 2 miljard kilometer met de e-fiets afgelegd. Dit is 16 procent van alle fietskilometers. 65-plussers nemen bijna de helft van de e-fietskilometers voor hun rekening. Het aandeel van 65-minners in de e-fietskilometers neemt echter toe: tussen 2013 en 2016 nam het aandeel van de 12- tot 50-jarigen in de e-fietskilometers toe van 16 naar 19 procent en dat van de 50- tot 65-jarigen van 30 naar 35 procent (KiM, 2017).
Aandeel van de fiets in verplaatsingen tot 7,5 kilometer is groot
Een kwart van alle verplaatsingen van inwoners van Nederland gaat per fiets en daarmee speelt de fiets een grote rol in hun verplaatsingsgedrag. Met name op de korte afstand (tot 7,5 kilometer) fietsen inwoners van Nederland veel: daar is het aandeel van de fiets tussen 2000 en 2016 toegenomen van 31 naar 34 procent. Bij langere afstanden neemt het aandeel van de fiets in het aantal verplaatsingen snel af.
Sterke variatie aandeel fiets bij verplaatsingen binnen grootstedelijke agglomeraties
Het aandeel van de fiets in de verplaatsingen binnen stedelijke gebieden varieert sterk. In Zwolle, Leiden, Groningen, Leeuwarden, Utrecht en Amersfoort is de fiets populair en haalt een aandeel van 40 procent of meer in de lokale verplaatsingen. In Tilburg, Breda, Enschede, Den Haag, Arnhem en Maastricht wordt juist relatief weinig gefietst: 30 procent of minder van de lokale verplaatsingen gaat per fiets.
Beleidsdoelstellingen
Deze indicator verwijst naar de doelstellingen over Veiligheid, die opgenomen zijn in Bijlage 6 van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR). Deze bijlage bevat de essentiële onderdelen van de Nota Mobiliteit die (gewijzigd) van kracht blijven met de SVIR.
Het beleidsdoel is dat alle overheden het lopen en het gebruik van de fiets als hoofdvervoermiddel en als schakel in de ketenverplaatsing van deur tot deur stimuleren
Bronnen
- CBS. OVG, MON, OViN.
- KiM (2017). Mobiliteitsbeeld 2017. Den Haag: Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid
Relevante informatie
- KiM. www.kimnet.nl
- IenM (2012). Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Den Haag: Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Fietsgebruik in Nederland
- Omschrijving
- De ontwikkeling van het fietsgebruik in Nederland van inwoners van Nederland van 12 jaar en ouder
- Verantwoordelijk instituut
- Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM), auteur: Peter Jorritsma
- Berekeningswijze
- CBS:OVG 2000-2003, RWS, Dienst Verkeer en Scheepvaart: MON 2004-2009, CBS: OViN 2010-2016; *Reeks is vanaf 2010 aangepast door herziening OViN-gegevens.
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- Nederland
- Verschijningsfrequentie
- -
- Achtergrondliteratuur
- Mobiliteitsbeeld (2017)
- Betrouwbaarheidscodering
- Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Fietsgebruik, 2000-2016 (indicator 2144, versie 04,