Emissies naar lucht door de industrie, 1990-2006*

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De industrie levert voor alle stoffen een aanzienlijk aandeel in de totale emissies in Nederland. Van de meeste stoffen is de emissie door de industrie (inclusief raffinaderijen) in de periode 1990-2006 aanzienlijk afgenomen.

IPCC en NEC199019952000200420052006*
        
  miljoen kg    
Broeikasgasemissies 1)      
Kooldioxide (CO2)51 70047 40045 70045 60045 70045 100
w.v.stationaire bronnen50 30046 60044 60044 60044 40043 900
 mobiele werktuigen1 4007509701 0001 3001 200
        
Distikstofoxide (N2O)252423212120
w.v.stationaire bronnen252423212120
 mobiele werktuigen0,010,010,010,010,010,01
        
Methaan (CH4)181717181817
w.v.stationaire bronnen171717181817
 mobiele werktuigen0,090,050,070,070,090,08
        
Verzurende en grootschalige emissies 2)3)      
Zwaveldioxide (SO2)1189147474947
Stikstofoxiden (NOx)987444454341
Ammoniak (NH3)4,64,12,73,12,42,4
VOS 4)15110167515150
Fijn stof (PM10)352213111010
        
Koolmonoxide (CO)5)272215161167153150
        
Bron: Emissieregistratie.CBS/MNC/okt07/0112
1) Conform de IPCC-richtlijnen; inclusief raffinaderijen.
2) Conform de NEC-richtlijnen; inclusief raffinaderijen.
3) Exclusief emissies mobiele werktuigen; deze vallen onder de doelgroep Verkeer en vervoer.
4) Vluchtige organische stoffen exclusief methaan (ook wel NMVOS genoemd).
5) Geen verzurende stof; berekend volgens de NEC-richtlijnen.
N.B. Cijfers over 2006 zijn voorlopig.

Ontwikkeling van de emissies naar lucht

Van de meeste stoffen is de emissie door de industrie (inclusief raffinaderijen) in de periode 1990-2000 aanzienlijk afgenomen. De dalingen waren voornamelijk het gevolg van een verschuiving van zware stookolie naar gassen als brandstof. Ook speelden technische maatregelen zoals schonere brandertechnieken, rookgasontzwaveling, selectieve katalytische reductie een rol. De emissie van kooldioxide (CO2) houdt rechtstreeks verband met de hoeveelheid koolstof in de verbruikte brandstof.
In de periode 2001-2006 zijn de emissies vrijwel stabiel gebleven.

Bronnen

De stoffen komen vrij uit stationaire bronnen in de industrie en raffinaderijen. Het gaat om de emissies die ontstaan bij de verbranding van fossiele brandstoffen in vuurhaarden en uit industriële processen. Bij de broeikasgassen worden ook de emissies door mobiele werktuigen meegenomen.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
De emissiegegevens voor de verzurende en grootschalige luchtverontreiniging zijn gepresenteerd volgens de doelgroepenindeling volgens de NEC-richtlijn: Onder industrie vallen industrie, raffinaderijen, energievoorziening en afvalverwerking.Voor stationaire bronnen komt een deel van de emissiegegevens uit de individuele milieujaarverslagen van bedrijven. Het overige deel en de IPCC-emissies door mobiele werktuigen, worden bijgeschat op basis van statistische gegevens uit onder andere de energiestatistieken, productiestatistieken van het CBS. Zie voor de NEC-indeling Samenstelling doelgroepen van het milieubeleid
De emissiecijfers voor de broeikasgassen zijn berekend volgens de IPCC-methode: onder industrie vallen industrie en raffinaderijenZie: Verschillen tussen CO2-emissietotalen verklaard, 1990-2021, voor een toelichting op IPCC-emissies.Zie: Meta-informatie van het Datawarehouse-Emissieregistratie, voor beschrijvingen van de berekeningsmethodiek.
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
36
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
33
versie‎
16
versie‎
05
versie‎
03

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Emissies naar lucht door de industrie, 1990-2006* (indicator 0112, versie 10,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.