Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2003
Bijna al het afval van elektriciteitscentrales, voor het grootste deel vliegas, wordt hergebruikt. Van het afval dat vrijkomt uit de delfstoffenwinning wordt slechts een deel hergebruikt.
Afval delfstoffenwinning | Afval elektriciteitscentrales | ||||
totaal | w.o. hergebruik1) | totaal | w.o. hergebruik1) | ||
mln kg | |||||
1994 | 178 | 9 | 1 391 | 1 232 | |
1996 | 285 | 168 | 1 399 | 1 379 | |
1998 | 268 | 180 | 1 538 | 1 514 | |
2000 | 203 | 49 | 1 644 | 1 611 | |
2001 | 182 | 34 | 1 582 | 1 550 | |
2002 | 194 | 121 | 1 706 | 1 669 | |
2003* | 303 | 219 | 1 595 | 1 558 | |
Bron: CBS (2004). | CBS/MC/sept04/0124 | ||||
1) Het overige afval wordt veelal gestort of verbrand. N.B. Van bedrijven met 10 of meer werkzame personen. Per 2001 van bedrijven met 1 of meer werkzame personen. |
Delfstoffenwinning
Het afval dat vrijkomt uit de delfstoffenwinning bestaat voornamelijk uit boorgruis, boorgesteente en boorspoeling. Deze stoffen worden veelal gestort of in zee geloosd. De totale hoeveelheid afval vertoont sinds 1994 een grillig beeld. Dit heeft te maken met niet-procesgebonden hoeveelheden (licht) verontreinigde grond. Door het nuttig toepassen van deze grond als vulstof of grondophoging fluctueert het aandeel hergebruik eveneens.
Elektriciteitscentrales
Het afval van elektriciteitscentrales bestaat voornamelijk uit kolenreststoffen. Al vrij snel na de introductie van steenkool bij de centrales zijn de mogelijkheden voor een nuttige toepassing van deze reststoffen onderzocht. Op dit moment bedraagt het hergebruik van kolenreststoffen zo goed als 100%. Het grootste deel van de kolenreststoffen bestaat uit vliegas dat vooral wordt afgezet in de cement- en betonindustrie. Daarnaast komt bodemas vrij, dat wordt afgezet in de wegenbouw en als bouwblokken. Tenslotte ontstaat rookgasontzwavelingsgips, dat met name wordt gebruikt in de gipsplatenindustrie.
Referenties
- CBS (2004). StatLine: Bedrijfsafvalstoffen per bedrijfsklasse. CBS, Voorburg/Heerlen.
Relevante informatie
- Meer informatie over het vrijkomen en verwerken van afval is te vinden op StatLine (CBS).
Archief van deze indicator
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales (actuele versie , 14 jun 2022 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2019 (v18 , 19 feb 2021 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2018 (v17 , 22 apr 2020 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2016 (v16 , 09 jul 2018 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2015 (v15 , 30 mei 2017 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2014 (v14 , 23 mei 2016 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2011 (v13 , 10 jun 2013 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2010 (v12 , 19 sep 2012 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2009 (v11 , 22 jun 2011 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2008 (v10 , 13 aug 2010 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2007 (v09 , 21 sep 2009 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2006 (v08 , 04 sep 2008 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2004 (v07 , 26 jul 2006 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2004 (v06 , 07 mrt 2006 )
- Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2003 (v05 , 28 sep 2004 )
- Afvalproductie door de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales: productie en verwerking, 1994-2002 (v04 , 01 sep 2003 )
- Afvalproductie door de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales: productie en verwerking, 1994-2001 (v03 , 26 sep 2002 )
Referentie van deze webpagina
CBS, PBL, RIVM, WUR (2004). Afval uit de delfstoffenwinning en elektriciteitscentrales, 1994-2003 (indicator 0124, versie 05 , 28 september 2004 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.