Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2015
De broeikasgasintensiteit is de laatste 20 jaar gedaald. Dat betekent dat de milieuefficiency met betrekking tot de uitstoot van broeikasgassen van bedrijven is verbeterd.
Intensiteit broeikasgassen sterkst gedaald in de industrie en mijnbouw
De broeikasgasintensiteit is een belangrijke indicator voor de milieuefficiency van het productieproces met betrekking tot de uitstoot van broeikasgassen. In de economie is de broeikasgasintensiteit sinds 1995 gedaald met 38 procent. In de industrie en mijnbouw is de daling 40 procent. Deze sector heeft de intensiteit teruggebracht door energiebesparing en andere maatregelen. Opvallend is de sterke daling van de broeikasgasintensiteit in de chemische basisproductenindustrie. De chemiesector heeft dit vooral weten te realiseren door het terugdringen van procesemissies (N2O) bij de productie van salpeterzuur. In de landbouw en visserij is de intensiteit teruggebracht door onder andere energiebesparing en vermindering van de stikstofbemesting in de landbouw. In de vervoersector is de broeikasgasintensiteit verbeterd door regels van de Europese Unie voor schonere motoren.
CO2-intensiteit het hoogst voor afvalbeheer
Afvalbeheer heeft de hoogste CO2-intensiteit, gevolgd door de aardolie-industrie en elektriciteitsbedrijven. De afvalverbranding veroorzaakt veel CO2-emissies, terwijl er relatief weinig geld aan wordt verdiend. De intensiteit bij vervoer over land is een stuk lager dan bij vervoer over water of door de lucht. Opvallend is ook de hoge CO2-intensiteit voor de visserij. In de visserij wordt relatief veel diesel en stookolie gebruikt per euro toegevoegde waarde (zie de downloaddata achter de grafiek).
Referenties
- CBS (2016a). StatLine: Emissies naar lucht door de Nederlandse economie; nationale rekeningen. CBS, Den Haag/Heerlen.
- CBS (2016b). Broeikasgasemissies door de Nederlandse economie. CBS, Den Haag/Heerlen
Relevante informatie
- CBS-website: thema Macro-economie en thema Natuur en milieu.
Technische toelichting
Naam van het gegeven
Milieurekeningen: Broeikasgasintensiteit bedrijven
Omschrijving
Index (1995=100), berekend volgens het berekeningsconcept van Nationale Rekeningen, over de hoeveelheid geƫmitteerde kooldioxide per euro gecreƫerde toegevoegde waarde.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
De milieurekeningen worden opgesteld volgens de concepten en definities van de nationale rekeningen. Voor de fysieke materiaalstromen betekent dit dat alle stromen worden beschreven die direct zijn gerelateerd aan de Nederlandse economie. De materiaalstromen worden geregistreerd voor de afzonderlijke economische activiteiten op de plek waar deze daadwerkelijk plaatsvinden (het zogenaamde 'ingezetenenprincipe'). Bijvoorbeeld worden de luchtverontreinigende emissies naar Nederlandse transporteurs voor Nederland meegenomen en de emissies voor buitenlandse voertuigen binnen het Nederlandse grondgebied niet worden meegenomen. Dit in tegenstelling tot de overige gegevens in het Milieu- en Natuurcompendium, waar wordt uitgegaan van het 'grondgebiedprincipe'.Meer informatie op de CBS website: Onderzoeksbeschrijving milieurekeningen..
Geografisch verdeling
Nederland
Andere variabelen
Activiteiten ingedeeld volgens de Standaard Bedrijfsindeling 2008 van het CBS.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
CBS (2014).Environmental accounts of the Netherlands, 2013.Zie ook Onderzoeksbeschrijving milieurekeningen
Opmerking
De CO2-intensiteit van een bedrijfstak is gedefinieerd als de CO2-emissie per eenheid toegevoegde waarde. In de figuur is de ontwikkeling van de CO2-intensiteit weergegeven als indexcijfers, waarbij 1995 gelijk is aan 100. In de bijbehorende tabel worden ook de twintig bedrijfstakken met de hoogste CO2-intensiteit in 2015 gepresenteerd.
Betrouwbaarheidscodering
C (Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen, de representativiteit is grotendeels gewaarborgd).
Archief van deze indicator
- Broeikasgas- en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2021 (actuele versie , 21 mrt 2023 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2019 (v13 , 17 mrt 2021 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2018 (v12 , 27 feb 2020 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2017 (v11 , 18 mrt 2019 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2016 (v10 , 13 feb 2018 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2015 (v09 , 03 jul 2017 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2014 (v08 , 29 mrt 2016 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 2001-2013 (v07 , 09 mrt 2015 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1990-2012 (v06 , 17 dec 2013 )
- Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1990-2010 (v05 , 10 apr 2012 )
- Broeikasgasintensiteit bedrijven, 1990-2009 (v04 , 11 jan 2011 )
- Broeikasgasintensiteit bedrijven, 1990-2008 (v03 , 11 dec 2009 )
- Broeikasgasintensiteit bedrijven, 1990-2007 (v02 , 16 dec 2008 )
- Broeikasgasintensiteit bedrijven, 1990-2006 (v01 , 07 mrt 2008 )
Referentie van deze webpagina
CBS, PBL, RIVM, WUR (2017). Broeikasgas en CO2-intensiteit bedrijven, 1995-2015 (indicator 0542, versie 09 , 3 juli 2017 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.