Energieverbruik door de industrie, 2011-2015

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Bijna 60 procent van het totale energieverbruik wordt in de industrie verbruikt. Binnen de industrie is de chemische en farmaceutische industrie de grootste verbruiker. In 2015 is het verbruik ten opzichte van 2014 met bijna 4 procent gedaald.

Ontwikkelingen verbruik naar energiedrager

Zowel de groei in industriële activiteiten, als ook energie-efficiencyverbeteringen beïnvloeden het verbruik van energiedragers. De afgelopen jaren daalde het verbruik van energiedragers door de industrie.

Ontwikkelingen energieverbruik naar bedrijfstak

De chemische en farmaceutische industrie is in 2015 verantwoordelijk voor 62 procent van het energieverbruik in de totale industrie. Voor het derde opeenvolgende jaar daalde in 2015 het energieverbruik. De daling in 2015 was zelfs 8 procent.
Het verbruik in de aardolie-industrie is bijna met 5 procent gestegen en de voedings- en genotmiddelen sector steeg met ruim 5 procent.

Revisie energiecijfers

De cijfers van de energiebalans zijn voor de periode 1995 tot en met 2013 gereviseerd. De belangrijkste aanleidingen hiervoor waren een trendbreuk in de tijdreeks voor de bedrijfstak petrochemie, de mogelijkheid klantenbestanden van netwerkbedrijven te gebruiken voor het bepalen van het finaal verbruik van aardgas en elektriciteit en het beschikbaar komen van nieuwe broninformatie over het verbruik van brandstoffen voor vervoer en mobiele bronnen. Meer informatie is te lezen in het artikel Revisie energiebalans 1995-2013 (CBS, 2015b).
De voormalige tabel "Energiebalans; aanbod, omzetting en verbruik, 1995-2013" is opgeheven. Daarvoor in de plaats is een nieuwe tabel uitgekomen, hierin wordt de Standaard BedrijfsIndeling (SBI) van het CBS gehanteerd. Op dit moment is deze beschikbaar voor de jaren 2011-2015. Deze tabel zal later worden teruggelegd naar 1995.

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer informatie over het verbruik van energiedragers is te vinden in de databank StatLine van het CBS.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Energieverbruik door de industrie
Omschrijving
Ontwikkeling van het energieverbruik door de industrie naar energiedrager en bedrijfstak.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Berekeningswijze
Berekening op basis van enkele maand- en kwartaalenquêtes van het CBS en registraties van diverse instellingen als TenneT, Gasunie en Energie-Nederland. Het artikel Nederlandse energiehuishouding (NEH) (CBS, 2015) geeft een korte beschrijving van de onderzoeksmethode.
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
Er zijn gegevens per energiedrager voor een groot aantal energiebalansposten (zoals: winning, productie, energie-aanvoer, energieverbruik, totaal finaal verbruik) en economische sectoren (waaronder de bedrijfstakken binnen de industrie).
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Nederlandse energiehuishouding (NEH) (CBS, 2015)
Opmerking
De cijfers zijn afkomstig van de nieuwe tabel "Energieverbruik; opbouw, bedrijfstak".
Deze tabel bevat cijfers over het verbruik van energie bij bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008).
De cijfers in deze indicator zijn exclusief raffinaderijen, cokesfabrieken en olie- en gaswinning; het verbruik betreft finaal energieverbruik en niet-energetisch verbruik.
Betrouwbaarheidscodering
Schatting gebaseerd op een groot aantal (zeer accurate) metingen, waarbij representa-tiviteit van de gegevens vrijwel volledig is.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
24
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
22
versie‎
21
versie‎
20
versie‎
19
versie‎
17
versie‎
16
versie‎
14
versie‎
11
versie‎
09
versie‎
08
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Energieverbruik door de industrie, 2011-2015 (indicator 0017, versie 20,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.