Afval

Afvalstoffen van de industrie: aanbod per sector naar verwerkingsmethode, 2010

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Van de totale hoeveelheid vrijgekomen industrieel afval wordt ruim 90 procent voor nuttige toepassing ingezet. Bijna 60 procent van het niet-gevaarlijke afval is afkomstig uit de voedings- en genotmiddelenindustrie. Sinds het recessiejaar 2009 is het industriele afval nauwelijks gestegen. De aanzienlijke daling in 2009 bij de basis metaalindustrie en de chemische industrie hebben zich in 2010 niet voortgezet.

  2009 2010 w.v.      
      nuttige toepas-sing1) verbran-den storten lozen, onbekend
             
  mln kg          
             
Totaal2) 15 032 15 266 13 600 1 081 503 81
             
Niet-gevaarlijk afval 3) 14 256 14 338 13 228 626 484 -
Voedings- en genotmiddelenindustrie 8 151 8 212 7 896 170 146 -
Textiel-, kleding-, bont-, leer - en lederwarenind. 78 82 40 25 17 -
Papier(waren)- en karton(waren)indsutrie 648 710 648 53 9 -
Drukkerijen en reproductie 4) 275 247 225 21 2 -
Raffinaderijen 430 428 426 2 0 -
             
Chemische industrie 834 893 680 145 67 -
Rubber- en rubberverwerkende industrie 135 151 105 34 11 -
Glas- , aardewerk-, cement- en aardewerkind. 777 722 615 18 89 -
Basis metaal en metaalverwerkende industrie 2 457 2 398 2 165 109 124 -
Industrie overig 474 497 428 49 19 -
             
Gemeld gevaarlijk afval 5) 776 928 372 455 19 81
 
Bron: Agentschap NL, CBS. CBS/CLO/sep12/0117
1) Incl. de inzet van afval als brandstof.
2) Excl. licht verontreinigde grond.
3) Incl. het niet gemelde gevaarlijke afval.
4)Vanaf 2008 excl. de bedrijfsgroep Uitgeverijen.
5) Vanaf 2008 incl. export van gevaarlijke stoffen.

Aandeel nuttige toepassing bij meeste bedrijfsklassen boven de 90%

Het grootste deel van het industrieel afval is voor nuttige toepassing bestemd. De voedingsmiddelenindustrie en de raffinaderijen scoren erg hoog met meer dan 95%. Opvallend is dat er bij de textielindustrie relatief weinig nuttige toepassing plaatsvindt en meer wordt verbrand.

Geen reële stijging gemeld gevaarlijk afval

Sinds het van kracht worden van de Europese Verordening Overbrenging van Afvalstoffen (EVOA) in 2006 worden via het verlenen vergunningen door Agentschap NL de uitvoer van afval in kaart gebracht. Door het opnemen van deze uitvoer in 2008 is de stijging van het gemeld gevaarlijk afval ten opzichte van voorgaande jaren niet reëel. Daarnaast heeft ook het steeds beter toekennen van afvalstromen afkomstig van het Landelijk Meldpunt Afvalstoffen (LMA) aan bedrijfsklassen mogelijk invloed gehad op de stijging van het gemeld gevaarlijk afval.

Consequenties invoering Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008)

Sinds 2008 werd de nieuwe Standaardbedrijfsindeling SBI2008 gehanteerd. Voorheen werd gebruik gemaakt van de SBI'93. Door omsleuteling van de bedrijfstakken volgens SBI'93 naar SBI 2008 is het vanaf 1994 mogelijk vergelijking met voorgaande jaren te maken.

Referenties

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven

Afvalstoffen van de industrie: aanbod per sector naar verwerkingsmethode, 2009 en 2010

Omschrijving

Vrijgekomen afval uit de industrie, uitgespltst naar industriële sector en naar verwerkingsmethode

Verantwoordelijk instituut

Centraal Bureau voor de Statistiek en Agentschap NL

Berekeningswijze

Methodebeschrijving: zie methodebeschrijving BedrijfsafvalstoffenOpzet van het onderzoek Bedrijfsafvalstoffen

Basistabel

Cijfers vanaf 1994: StatLine, Bedrijfsafval; afvalsoort, verwerking, bedrijfstak (SBI 2008)

Geografisch verdeling

CBS: Per provincie en landsdelen; Statlinetabel: Bedrijfsafval per provincie

Andere variabelen

Bewerkings- en verwerkingsmethode

Verschijningsfrequentie

CBS: Per bedrijfstak jaarlijks; regionaal tweejaarlijks

Achtergrondliteratuur

Methodebeschrijving: zie methodebeschrijving BedrijfsafvalstoffenOpzet van het onderzoek Bedrijfsafvalstoffen

Opmerking

Het aangeboden afval omvat ook de zogenaamde niet-afvalstoffen (voorheen reststoffen genoemd), die vaak als secundaire grondstof in een ander proces worden toegepast.
Zie ook: Afvalstoffen van de doelgroep Industrie: begrippen en definities, voor een toelichting op de gehanteerde indelingen en definities.
NB. De gegevens in StatLine komen niet altijd overeen met de gegevens in de tabel. De industriële cijfers niet-gevaarlijk afval in de tabel zijn exclusief licht verontreinigde grond. Het afval dat vrijkomt bij de bedrijfsklasse. De licht verontreinigde grond valt, net als baggerspecie en dierlijke mest, niet onder de definitie van productie en verwerking van Nederlands afval.
In het verleden is in StatLine bij de onderverdeling van de stofsoorten gebruik gemaakt de Nederlandse afvalstoffenlijst. De oudere data zijn vanaf 1994 tot 2004 omgesleuteld naar de verdeling van de afvalcategorieën zoals vermeld in de Europese Afvalstoffenverordening. Vanaf 2010 is de toedeling van Euralcodes aan afvalcategorieën enigszins aangepast.
Sinds 2008 werd de nieuwe Standaardbedrijfsindeling SBI2008 gehanteerd. Voorheen werd gebruik gemaakt van de SBI'93. Door omsleuteling van de bedrijfstakken volgens SBI'93 naar SBI 2008 is het vanaf 1994 mogelijk vergelijking met voorgaande jaren te maken.

Betrouwbaarheidscodering

C (Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd).

Archief van deze indicator

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2012). Afvalstoffen van de industrie: aanbod per sector naar verwerkingsmethode, 2010 (indicator 0117, versie 11 , 10 september 2012 ). www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.

Het CLO is een samenwerkingsverband van CBS, PBL, RIVM en WUR.